Burgerhuis in ingehouden art-nouveaustijl gebouwd in opdracht van Frans Van Dijck, naar een ontwerp door Jos. Anthonissen uit 1909. Deze in Berchem gevestigde architect lijkt in Antwerpen actief te zijn geweest van midden jaren 1900 tot begin jaren 1930, maar zijn oeuvre is vooralsnog niet gedocumenteerd.
Met een gevelbreedte van twee ongelijke traveeën, omvat de rijwoning drie bouwlagen onder een zadeldak. De lijstgevel heeft een parement uit witte Silezische brikken in kruisverband, geaccentueerd door zwarte baksteen voor speklagen en ontlastingsbogen. Witte natuursteen is gebruikt voor hoekblokken en sluitstenen, blauwe hardsteen voor de plint en lekdrempels. Asymmetrisch van opzet, gemarkeerd door het brede zijrisaliet, beantwoordt de sobere opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van getoogde deur- en vensteropeningen met lekdrempel en diamantkopsleutel. Een kleurrijk art-nouveau-sgraffitopaneel met bloemenkrans bekroont het portaal. Houten kroonlijst op klossen als gevelbeëindiging. Het houten schrijnwerk van de inkomdeur en vensters is bewaard, evenals de smeedijzeren keldertralies.
De plattegrond beantwoordt aan de klassieke typologie van het burgerhuis, dat uit een hoofdvolume en een smalle achterbouw in entresol bestaat, ontsloten door de zijdelings ingeplante inkom- en traphal. Volgens de bouwplannen beslaat de gebruikelijke enfilade van salon, eetkamer en veranda met bovenlicht de begane grond, geflankeerd door keuken, pomphuis en wc in de achterbouw. De bovenverdiepingen omvatten telkens twee slaapkamers, een 'cabinet de toilette' en een achterkamer, onder het dak bevinden zich twee mansardekamers en een zolder.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 1909#292.