erfgoedobject

Hoekwoning in naoorlogs modernisme

bouwkundig element
ID
304040
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/304040

Juridische gevolgen

Beschrijving

Hoekwoning in naoorlogs modernisme, in 1956 gebouwd voor verzekeringsagent en later politicus Jan 'John' Mangelschots die woonde aan de Eikblokstraat 80 in Deurne, schuin tegenover de huidige woning. Van de woning Mangelschots bleef geen bouwdossier bewaard, waardoor de identiteit van de architect zich vooralsnog niet laat achterhalen. Met een eigentijdse vormgeving, ondersteund door kleurrijke accenten in de zijgevel, onderscheidt de architectuur zich echter kwalitatief van de conventionele, veeleer banale interbellum- en naoorlogse bebouwing die plaatselijk het straatbeeld domineert.

Na een loopbaan als zelfstandig verzekeringsmakelaar bouwde John Mangelschots (1927-2016) vanaf de jaren 1960 een carrière uit als socialistisch politicus. Van 1968 tot 1983 zetelde Mangelschots in het federaal parlement als volksvertegenwoordiger voor het arrondissement Antwerpen. In diezelfde hoedanigheid zetelde hij ook in de Cultuurraad voor de Nederlandse Cultuurgemeenschap (1971-1980) en in de Vlaamse Raad (1980-1983), de voorlopers van het huidige Vlaams Parlement. Onder burgemeester Maurice Dequeecker was John Mangelschots bovendien eerste schepen in Deurne, bevoegd voor gebouwen en 'grond-bouwregie' (1958-1982). Als gemeentelijk schepen was hij de stuwende kracht achter de aanleg van het landschapspark Bremweide naar een ontwerp door landschapsarchitect Jacques Wirtz. Na de fusie van de gemeente Deurne met de stad Antwerpen in 1983, werd Mangelschots onder burgemeester Bob Cools opnieuw schepen. Van 1983 tot 1988 was hij bevoegd voor ruimtelijke ordening, huisvesting en leefmilieu, en van 1989 tot 1994 voor ruimtelijke ordening, stedenbouw, patrimoniumbeheer, en de burgerlijke stand van het district Deurne. Minstens tot 1980 woonde Mangelschots in het hoekhuis aan de Clara Snellingsstraat.

Opgericht op een onregelmatig vierhoekig perceel telt de hoekwoning een souterrain en twee bouwlagen onder plat dak. Bij gebrek aan een tuin of koer, zorgen vensters uitgevend op een kleine open schacht voor daglichttoetreding achterin de woning. De voortuin wordt grotendeels ingenomen door een inrit in flagstones met keermuren in breuksteen en baksteen. Van het tuinmuurtje in parementsteen rond de zone voor beplanting is de gemetselde ezelsrug verwijderd.

Constructief is gebruik gemaakt van een skeletstructuur uit gewapend beton in combinatie met baksteenmetselwerk en houten schrijnwerk. Bepalend voor het karakter van de architectuur is het contrast tussen de massieve, als scherm uitgewerkte zijgevel aan de Clara Snellingsstraat en de ietwat terugwijkende en meer uitnodigende voorgevel gericht naar de Eikblokstraat. Beide lijstgevels kregen een lage plint in blauwe hardsteen en een platvol gevoegd wijnrood baksteenparement in halfsteensverband, afgewerkt met een daklijst in betonnen dekstenen op rechthoekige spuwertjes.

De korte gevel aan de Eikblokstraat beantwoordt aan een drieledig compositieschema waarbij de verschillende vensterformaten de interne functies weerspiegelen: groot voor de ontvangst- en leefruimten, klein voor de private vertrekken. Beschut door het uitgebouwde zijgevelvlak is de voorgevel laagsgewijs opgebouwd uit een souterrain met links een garage met vouwpoort, en rechts een groot (bureau)venster, onderling gescheiden door een penant in gladbeton; uit een opengewerkte verhoogde begane grond of bel-etage met gevelbreed balkon in zichtbeton en een brede drieledige raampartij met vast middenpaneel tussen twee balkondeuren; en uit een hoge topgeleding met een register van vier kleine rechthoekige (slaapkamer)vensters. De asymmetrische lange gevel aan de Clara Snellingsstraat omvat rechts een laag portiek met beglaasde toegangsdeur en gemetselde brievengleuf. Verder is de zijgevel speels geperforeerd met regelmatige reeksen van veelkleurig beglaasde vierkante en liggende blokraampjes ter verlichting van de werkruimte in het souterrain, de woonruimten op de bel-etage, de trapzaal, en, vermoedelijk, de badkamer op de bovenverdieping.

Het originele houten deur- en vensterschrijnwerk bleef bewaard, evenals de eenvoudige metalen balkonbalustrade met rechthoekige spijlen. Wel werden de raamkozijnen van de bel-etage en bovenverdieping recent voorzien van nieuwe dubbele beglazing.

De woningplattegrond laat zich niet op basis van een bouwplan reconstrueren, maar beantwoordt minstens in grote lijnen aan de typologie van de naoorlogse bel-etagewoning. Ontsloten via een achteraan op het perceel ingeplante hal en trapzaal met zijingang, biedt het souterrain behalve aan een garage wellicht ook ruimte aan een bureel of werkruimte met zicht op de voortuin. De bel-etage met vrij plan omvat een woonkamer, eetkamer en keuken; en de verdieping herbergt de slaapkamers en een badkamer.

  • Kadasterarchief Antwerpen, Leggers Antwerpen, Afdeling III (Deurne) Sectie A, artikel 11537.
  • Stadsarchief Antwerpen, Archieven van de stad Antwerpen, Burgemeester en Schepenen, Biografische nota John Mangelschots, 100#2658.

Auteurs: Bisschops, Tim
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Hoekwoning in naoorlogs modernisme [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/304040 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Stad Antwerpen

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.