Burgerhuis in neoclassicistische stijl, volgens de bouwaanvraag uit 1906 gebouwd in opdracht van Alphonse Van Lier. Ontwerper noch aannemer vallen uit het bouwdossier af te leiden.
Met een gevelbreedte van drie traveeën, omvat de rijwoning twee bouwlagen onder een gemansardeerd zadeldak (kunstleien). De bepleisterde en beschilderde lijstgevel met geblokte begane grond, rust op een plint uit blauwe hardsteen. Geleed door de puilijst en kordonvormende lekdrempels, legt de compositie de klemtoon op de middenas. Deze wordt op de eerste verdieping gemarkeerd door een risaliet met driehoekig fronton, pilasters en een balkon met consoles en doorgetrokken balustrade. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van getoogde muuropeningen, de bovenvensters in geriemde omlijsting met sluitsteen. Een klassiek hoofdgestel met houten kroonlijst op klossen en consoles vormt de gevelbeëindiging; centrale dakkapel met klauwstukken en driehoekig fronton. Het houten schrijnwerk van de inkomdeur vensters is bewaard, evenals smeedijzeren keldertralies.
De plattegrond beantwoordt aan de klassieke typologie van het burgerhuis dat uit een hoofdvolume en een smalle achterbouw in entresol bestaat, ontsloten door de zijdelings ingeplante inkom- en traphal.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 1906#1724.