Half vrijstaand burgerhuis opgetrokken midden jaren 1930 (kadastrale registratie in 1936) voor Alphons Stryckmans, 'distrikt kommissaris in Belgisch Kongo'. Om de status van de opdrachtgever te vertalen, kiest de onbekende architect voor een statige mengstijl, waarin elementen uit de beaux-artsstijl gecombineerd worden met een ingehouden art deco.

Het is een half vrijstaand bakstenen van twee bouwlagen onder een pannen zadeldak. De brede venstertravee met puntgevel wordt gecombineerd met een terugwijkende smallere deurtravee onder lijstgevel. In de oksel van beide volumes werd het portaal gebouwd.

De van op de straat zichtbare, rood bakstenen gevels, een combinatie van punt- en lijstgevels, steunen op een plint uit breuksteen, afgeboord met hardsteen. Het verticalisme primeert in de gevel door de erkeruitbouw met rechthoekige vensters in de puntgevel en de opeenvolging van het rondbogig portaal met dito deur met erboven een terras met een rechthoekige balkondeur en het dakraam. De muuropeningen zijn omlijst met composietsteen. Hardsteen werd gebruikt voor de dorpels, druiplijsten en de omlijsting van het voorportaal. Het originele smeedwerk in voorzichtige art-decostijl van de tuinomheining, voordeur en balkonbalustrade bleven bewaard. Het pand behield het originele schrijnwerk met verfijnde kleinhouten in de bovenlichten. De zijgevels zijn minder rijkelijk gedecoreerd. De rechthoekige vensters zijn daar voorzien van lateien in composietsteen.