De Sint-Rochuskapel in een rustiek regionalisme werd opgetrokken in 1964-65 naar ontwerp van architect J.A. Cnop (Wezembeek) nadat de oude kapel werd afgebroken bij de heraanleg van de Lotsesteenweg.

Historiek

De oude kapel werd volgens de literatuur in 1866 gebouwd uit dank voor de bescherming tegen de cholera-epidemie van 1865-66. Het kapitaal voor de nieuwbouw werd in 1964 door de buurtbewoners samengebracht. De grond werd geschonken door baron d’Anethan die in het naastgelegen Gravenhof woonde. De heropbouw in 1964-65 gebeurde naar ontwerp van architect J.A. Cnop uit Wezembeek-Oppem. De aannemer was Jan Debremaecker en de schrijnwerker Wets, beiden uit Dworp. Gevelsteen met vermelding "Deze capel is gebouwd ter ere/ van den H. Rochus patroon tegen/ pest en cholera ter gedachtenis/ van het jaer 1866/ herbouwd 1964".

Beschrijving

De kapel, opgetrokken uit Diegemse breuksteen, telt drie bij drie traveeën en één bouwlaag onder een mank lessenaarsdak (kunstleien) dat op de noordelijke hoek een vrijstaande, smalle klokkentoren integreert. De kapel is een betonstructuur met een rechthoekige plattegrond. De buitengevels hebben een opvallend parement van onregelmatige witte natuursteen. Het materiaalgebruik en de asymmetrische, speelse vorm van de kapel, kenmerken de rustieke regionalistische stijl waarvoor de architect koos.

De noordgevel is als voorgevel uitgewerkt. De onregelmatige puntgevel heeft een segmentboogdeur in omlijsting met zware negkettingen, en rechts ervan drie getraliede lichtgleuven met erboven de herdenkingssteen. Rechts loopt de gevel uit in een klokkentoren met bronzen klok en bekronend bronzen kruis. De klok draagt aan de ene zijde als opschrift het gietjaar en de naam van de schenker "1965 JEAN PEETROONS" en aan de andere kant de naam van de fabrikant "PETIT & FRITSEN, AARLE – RIXTEL, HOLLAND" (koninklijke klokkengieterij Petit en Fritsen b.v.).

De achterzijde van de kapel (zuid) is voorzien van een zesdelig venster gevat in beton. Alle vensters zijn opgevuld met glas-in-loodramen, die het koor verlichten.

De lage oostelijke zijgevel is geopend met drie kruisvormige, getraliede vensters. In de westelijke zijgevel, hoog opgaand en daarmee aansluitend bij de klokkentoren, werd een langgerekt horizontaal vensterregister voorzien. Het zesdelige glasraam toont bovenaan de Heilige Rochus, een ontwerp van kunstenaar Dries Van den Broeck die eerder als grafisch kunstenaar en kunsttegelkeramist bekend was.

Het interieur is een open rechthoekige ruimte, sober ingericht met witgeschilderde bakstenen wanden, een houten plafond, en een vloer die samengesteld is als een mozaïek van marmer in verschillende kleuren. De zuidelijke wand, waarvoor het altaar is opgesteld, is de blikvanger: rechts een nis waarin een Onze-Lieve-Vrouwbeeld, en links ervan de zesdelige glas-in-lood-partij.