De gemeentelijke begraafplaats van Alsemberg, aangelegd in 1895, is gelegen op het hoogste punt van de O.L.Vrouwstraat nabij het domein Rondenbos.
Historiek
In 1893 besliste de gemeenteraad tot de oprichting van een nieuwe begraafplaats. Henri Jacobs uit Schaarbeek werd aangesteld als architect voor het ontwerpen van de ommuring, het lijkenhuis en een paviljoen voor de grafdelver. Jacobs stond trouwens in voor de meeste openbare gebouwen uit die periode in Alsemberg. Het Ministerie van Openbare werken weigerde het eerste ontwerp. Zij vond de oppervlakte van 90 are te groot voor Alsemberg (een subsidie voor vijfentwintig are werd toegestaan) en de luxe van dodenhuis, bureau en ingangspoort werd als onnodig bestempeld. Jacobs maakte een tweede ontwerp dat werd goedgekeurd in 1895 waarna de gemeente de gronden aankocht. Jacobs voorzag in het gebruik van lokale baksteen, klampsteen, blauwe hardsteen van Soignies of Ecaussines, grijze Doornikse steen voor de plinten, leien van Herbemont en Boomse baksteen voor de paden. 'Wittebort en Degendesch' uit Sint-Gillis kregen de bouwopdracht. Nog hetzelfde jaar, 1895, werd de nieuwe begraafplaats ingezegend. In de jaren 1960 werd de begraafplaats vergroot naar het zuiden.
Beschrijving
De gebogen uitgewerkte neogotische ingang en de muur langs de straat werden opgetrokken uit baksteen, Doornikse steen voor de plint en blauwe hardsteen voor de muurbanden, afzaten en sluitstenen. De muur wordt begrensd door hoek- en hekpijlers. Het smeedijzeren neogotische hek sluit de begraafplaats af. Boven de bakstenen muur werd een smeedijzeren afsluiting geplaatst. Links van de toegang werd een bakstenen dodenhuis van één bouwlaag onder leien zadeldak, nok haaks op de straat, opgetrokken. Een schoorsteen voor verluchting markeert de naar de straat gekeerde topgevel. De schoorsteen rust op een hardstenen console. De muuropeningen naar de begraafplaats zijn rechthoekig, de omlijstingen zijn uitgevoerd in blauwe hardsteen.
De begraafplaats behield zijn oorspronkelijke padenstructuur met in het midden de gietijzeren calvarie. Er zijn opvallend veel perken voor geestelijken (broeders van het Sint-Victorinstituut, zusters dienstmaagden van het Heilig Hart ...). Langs de muren en het middenpad staan, ondanks verregaande ruiming en vergroening, nog enkele interessante graftekens die de 20ste eeuw overspannen. Er staan beeldbepalende graftekens in de vorm van kruisen, obelisken, tombes, portiekgraven, ... Langs de muur liggen onder andere de oud-strijders onder typisch Belgische zerken. Er zijn twee priestergraven met kelk en hostie. Het opvallende grafteken van de familie Indeherbergh is opgetrokken uit roze graniet en behield zijn haken voor rouwkransen.
- Gemeentearchief Beersel, bouwdossiers, 1106.
- BERGHMANS D. & VANDENBUSSCHE J. 2006: Historiek van de begraafplaatsen, En het dorp zal duren ... 8.32, 18-27.
- VASTIAU M. 2006: Beerselse kerkhoven, En het dorp zal duren ... 8.32, 6-14.
- VASTIAU M. 2006: Een wandeling op de Beerselse begraafplaatsen, En het dorp zal duren ... 8-32, 37-47.