Deze huizenrij in de Sint-Bartholomeusstraat 1 tot 37 vormt een homogeen interbellumensemble bestaande uit burgerhuizen, meergezinswoningen en een feestzaal, opgetrokken in voornamelijk historiserende bouwstijlen, afgewisseld met een aantal gevels in een meer contemporaine art deco of modernistische stijl. De overwegend neotraditionele gevelrij vormt een passend historiserend kader voor de Sint-Bartholomeuskerk en de pastorie, gebouwen die het historische centrum vormen van Merksem.
Historiek
De Sint-Bartholomeusstraat is een kaarsrechte straat die de Frans de l’Arbrelaan met de Deurnsebaan verbindt. Oorspronkelijk Kerkstraat genoemd, kreeg haar huidige benaming volgens collegebesluit van 3 december 1920. De zuidzijde tussen de Frans de l’Arbrelaan en de Trammezandlei is het oudste gedeelte van de straat, in het eerste kwart van de 19de eeuw nog een doodlopend straatje dat het kerkhof omheen de Sint-Bartholomeuskerk, de tegenover gelegen thans nog bewaarde en als monument beschermde pastorie, en het achterliggende kasteeldomein van de familie Osy-Villers bediende. Tot aan de Eerste Wereldoorlog waren op deze percelen slechts het speelhof ‘Het Lammeken’, de pastorie, de woning van de onderpastoor en het patronaatsgebouw gelegen.
In het kader van een ruimere heraanleg van de omgeving in het interbellum waarbij onder meer ook het gedeelte van de Bredabaan tegen de Groenendaallaan verbreed werd en er de huidige appartementsgebouwen in modernistische en art-decostijl tot stand kwamen, werd in het verlengde van de verbinding tussen Merksem en Schijnpoort in de jaren 1920 de Frans de l’Arbrelaan getrokken. De gemeente Merksem kocht daartoe het te slopen speelhof naast de pastorie en het aangrenzende domein Beukenhof aan, waarna aan de Sint-Bartholomeusstraat de gronden tussen de pastorie, het patronaat en het woonhuis van de onderpastoor verkaveld werden. Tussen 1929 en 1938 kwam er de huidige reeks burgerhuizen en appartementsgebouwen tot stand, gekenmerkt door een neotraditionele stijl die een passend historiserend kader moesten scheppen voor de tegenover gelegen 17de-eeuwse Sint-Bartholomeuskerk, gelijktijdig uitgebreid met een breder transept en groter koor naar ontwerp van Jef Huygh.
De inslag van een V-bom in 1944 veroorzaakte aan de kerk en de nabije omgeving grote schade, waarna het kerkgebouw merendeels heropgebouwd moest worden en de classicistische, uit 1787 daterende pastorie hersteld naar een ontwerp van R. Van Hekken. Het beschadigde patronaatsgebouw en woonhuis van de onderpastoor werden gesloopt en vervangen door een ruimere nieuwbouw met feestzaal en boekerij in een bij de interbellumpanden aansluitende neotraditionele stijl. De oorlogsschade aan deze interbellumhuizen bleef daarentegen relatief beperkt. In 1968 werd op de plek van het vanaf 1925 ontruimde kerkhof het nieuwe districtshuis aan het huidige Burgemeester Nolfplein ingehuldigd, ter vervanging van het in 1944 vernielde gemeentehuis aan de Bredabaan.
Beschrijving
De gevelwand Sint-Bartholomeusstraat 1 tot 37 is samengesteld uit een homogene reeks van twee tot vier bouwlagen hoge aaneengesloten rijhuizen met erkers tot stand gekomen tussen 1919 en 1938, onderbroken door een in de gevelwand aansluitend monumentaal eclectische postgebouw (15-17), de vrijstaande, laat-18de-eeuwse classicistische pastorie van de Sint-Bartholomeuskerk (3), en het na oorlogsschade tussen 1948 en 1956 heropgebouwde patronaat (9A). De laat-18de-eeuwse, vrijstaande pastorie vormt in de rij nog het enige en in het door oorlog sterk geteisterde Merksem één van de zeldzame relicten uit de periode voor Wereldoorlog I.
Ondanks de geleden schade in 1944 vormt ook de gevelwand in zijn geheel een uitzonderlijk gaaf bewaard ensemble uit het interbellum. Uitzondering in de rij is het nummer 27, vormgegeven in een compromisloze zuivere nieuwe zakelijkheid. Ondanks dat bouwdossiers voor Merksem slechts schaars bewaard bleven door oorlogsschade aan de gemeentelijke archieven, konden langs deze weg verschillende ontwerpers van de panden worden geïdentificeerd. Met uitzondering van de in Kapellen gevestigde Carlo Van Grimbergen, die instond voor het ontwerp van het nummer 9 (zie gevelsteen), betreffen het alle lokale architecten uit Merksem.
Het geheel is gekenmerkt door een gevarieerd geïnterpreteerde neotraditionele stijl met een homogene toepassing van overwegend bruine baksteen en witte natuursteen en een punt-, klok- of trapgevel, stilistisch refererend aan de contemporaine wederopbouwarchitectuur toegepast in vele door de Eerste Wereldoorlog getroffen stads- en dorpskernen. Naast het hanteren van een zuivere of overwegend neo-Vlaamserenaissance-stijl in de nummers 19, 29 en 31, zijn historiserende elementen zoals de gevelvorm, kruisvensters of negblokken gecombineerd met een neobarokke (nummers 1, 3, 9A en 11), modernistische (9) of art-deco-vormentaal (5, 7, 13, 21, 23, 25, 33, 35, 37). De nummers 23 en 37 zijn daarbij verfraaid met decoratief baksteenmetselwerk.
In de typologisch gevarieerde rij zijn burgerhuizen, meergezinswoningen en appartementsgebouwen gecombineerd. De nummers 11, 21 en 29 hebben een langs een poorttoegang ontsloten achterliggend werkhuis; de nummers 1, 5, 7 en 9 aan zijde van de Bredabaan een winkelpui. De woonhuizen zijn gekenmerkt door erkers van één of meer bouwlagen, die enkel in het nummer 35 ontbreekt. De nummers 3, 19, 23, 25, 29 en 35 hebben bekronende balkons met verzorgde metalen of witte natuurstenen balustrades. De erker van het modernistisch geïnspireerde nummer 9 is opengewerkt met loggia’s.
Bijzonder rijk gedecoreerd met witte natuursteen of blauwe hardsteen zijn de nummers 15-17, 19 en 29. In de rechts daarvan gesitueerde gevelwand flankeren twee nagenoeg symmetrische klokgevels van vier bouwlagen (nummers 1 en 3) de lagere historische pastorie. Naast het heropgebouwde patronaatsgebouw, dat zich in materiaalgebruik en vormgeving naadloos integreert in de oudere gevelwand, sluiten de nummers 5, 7 en 9 in vormgeving en het nummer 1 in de toepassing van een gele bakstenen parement met Dudokvoeg aan bij de meer uitgesproken art-deco- en modernistische bebouwing aan de Frans de l’Arbrelaan en Bredabaan. Aan noordoostzijde is de gevelwand afgesloten door de sterk verwante, meer bescheiden oorspronkelijk twee bouwlagen hoge nummers 31, 33 en 37, die aansluiten bij de arbeiderswoningen van de nijverheidswijken rond het Albertkanaal en het Groot en Klein Dok. De gevel van het nummer 31 werd slechts in de naoorlogse periode verhoogd ten behoeve van de verbouwing van de zolderverdieping tot volwaardig appartement.
Het oorspronkelijke deur- en vensterschrijnwerk is slechts uitzonderlijk bewaard in het naoorlogse patronaatsgebouw (nummer 9A) en in de toegangen van de nummers 11 en 33, eerstgenoemde met monogram van de bouwheer in het metalen deurrooster. De interieurs van zowel de burgerhuizen, meergezinswoningen als appartementsgebouwen zijn zonder uitzondering geïnspireerd op de klassieke sinds de 19de eeuw toegepaste enkelhuisindeling.
- Stadsarchief Antwerpen, Kaarten en Plattegronden, 12#13122.
- Rijksarchief Antwerpen, Primitieve plannen van het Kadaster, Antwerpen, Merksem, Sectie C, Percelen van 307 tot 574.
- HORIONS L., JACOBS E., STEVENS M., VAN LONDERSELE L. e.a. 1992: Merksemse Nostalgie in Prentkaarten, Merksem, 32-33, 164-165.
- VAN SOOM L. 1989: Merksem in 1000 zichten & gezichten, Merksem, 190.