is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Natiënhuis, Kantoorgebouw Debenham & Cie
Deze vaststelling is geldig sinds
omvat de aanduiding als beschermd monument Burchtmuur en gevels en daken van kantoorgebouw
Deze bescherming is geldig sinds
is deel van de aanduiding als beschermd monument Helvetiahuis en Natiënhuis: gevels en daken
Deze bescherming is geldig sinds
Monumentaal kantoorgebouw in neogotische en neotraditionele stijl, dat het volledige, onregelmatige bouwblok beslaat gevormd door Jordaenskaai, Vleeshuisstraat en Palingbrug. Het pand kwam in twee bouwfasen tot stand tussen 1904 en 1911, met nog een laatste uitbreiding in 1946, en incorporeert een fragment van de burchtmuur uit het eerste kwart van de 13de eeuw.
De eerste fase maakte deel uit van een prestigieus bouwproject dat beide hoekgebouwen van Jordaenskaai en Vleeshuisstraat betrof. In opdracht van de reder Daniel Steinmann-Haghe, ontwierp de architect Joseph Hertogs in 1904 twee imposante kantoorpanden, die de nieuw aangelegde straat in de as van het gerestaureerde Vleeshuis een monumentaal karakter moesten geven. De pittoreske architectuur was geïnspireerd op de laatgotische bak- en zandsteenstijl van het begin-16de-eeuwse Vleeshuis, waardoor een nieuw, homogeen stadsbeeld gecreëerd werd, met een grote zichtbaarheid vanaf de wandelterrassen van het Steen. Op de noordelijke hoek verrees het imposante Helvetiahuis, hoofdzetel van de firma Steinmann & C°, op de zuidelijke hoek een meer bescheiden pendant wellicht bedoeld als investering in vastgoed. Het aannemersbedrijf J.H. Bolsée, Em. Hargot & Cie voerde de werken uit. Laatstgenoemde kantoorpand werd vermoedelijk onmiddellijk na de voltooiing aangekocht door de scheepsagent Herbert Debenham, die begin 1907 al de beglazing van enkele vensters verving en later dat jaar links van het gebouw een poortje liet optrekken door de architect Emile Thielens. Deze breidde het gebouw vervolgens aan beide uiteinden uit met de hoekgebouwen van Jordaenskaai en Palingbrug en van Vleeshuisstraat en Palingbrug. Deze bouwcampagne uitgevoerd door het aannemersbedrijf G. Hargot & R. Somers, werd volgens de gevelsteen in 1911 voltooid. Twee bestaande rijhuizen tussen beide toegevoegde vleugels, verhinderden op dat moment de inname van het ganse bouwblok. Getroffen door oologsschade, werd het complex in 1946 door Charles Debenham verkocht aan de Samenwerkende Maatschappij Natiënhuis. Deze voerde datzelfde jaar nog herstellingswerken uit en voltooide na afbraak van hoger vermelde rijhuizen het complex met een nieuwbouwvleugel naar een ontwerp door de architect Harry van de Veerdonk. Het Natiënhuis huisvestte de maatschappelijke zetel van het Verbond der Behandelaars van Goederen (VBG), de beroepsvereniging van Antwerpse havennaties, die eerder een te krap geworden pand betrok in de Leguit.
Het scheepvaartbedrijf Steinmann & C°, vóór 1880 Steinmann & Ludwig, werd in 1854 mede opgericht door Daniel Steinmann senior (1825-1903), een Zwitser afkomstig uit Sankt Gallen, gehuwd met Jeanne Greve (°Enschede, 1835). Onder de naam White Cross Line, afgeleid van de Zwitserse vlag, exploiteerde de rederij scheepvaartlijnen naar de Verenigde Staten en Zuid-Amerika, gespecialiseerd in het vervoer van emigranten. Zoon Daniel Steinmann-Haghe (1861-1911), geboren in Antwerpen en echtgenoot van Hélène Eugénie Françoise Joséphine Haghe (°Antwerpen, 1863), vervoegde het bedrijf in 1894. Hij was eerder voor eigen rekening als scheepsagent en expediteur actief, en bestuurde Steinmann & C° tot zijn overlijden in 1911. Vervolgens nam zijn jongere broer Louis Emile Steinmann (1874-1963) de leiding over, samen met de zonen van Daniel Steinmann-Haghe, Paul D. (1887-1922). en Georges A. Steinmann (1888-1963). Daniel Steinman-Haghe was van 1890 tot 1911 Honorar Konsul van Zwitersland, medestichter en eerste voorzitter van de Fédération Maritime d’Anvers in 1901, en stichter van de Fondation pour la Protection du Travail au Port d’Anvers, opgericht om de betrekkingen tussen havenwerkgevers en -werknemers te verbeteren.
De Brit Herbert Austin Godfrey Debenham (°Chelmsford, 1867), vestigde zich in 1892 vanuit Essex te Antwerpen, huwde er datzelfde jaar met Julie Jeanne Van Hertsen (°Antwerpen, 1864) en kreeg drie zonen geboren in 1893, 1894 en 1896. Zijn bedrijf Debenham & Cie was actief als scheepsmakelaar en agent van transatlantische scheepvaartlijnen waaronder de Anchor Line en de Canadian Pacific. Hij zetelde tijdens het seizoen 1893-1894 als voorzitter van de Antwerp Football Club, en bracht de fusie tot stand met de Antwerp Cricket Club en de Antwerp Tennis club.
Het Helvetiahuis en zijn pendant behoren tot het rijpe oeuvre van Joseph Hertogs. Actief van omstreeks 1885 tot zijn overlijden in 1930, geldt hij als een van de meest succesvolle architecten in Antwerpen, Zijn loopbaan in dienst van de vermogende, overwegend liberale mercantiele burgerij, leverde een vijfhonderdtal woningen en openbare gebouwen op. Deze evolueren van eclecticisme en neorenaissance, naar een klassiek geïnspireerde beaux-artsstijl. Omstreeks de eeuwwisseling drukte hij met monumentale bouwwerken als het Hansahuis op de hoek van Suikerrui en Ernest Van Dijckkaai, zijn stempel op het Antwerpse stadsbeeld. Van kort na 1900 dateert het ontwerp van het neogotische Museum Mayer van den Bergh in de Lange Gasthuisstraat.
Het kantoorgebouw Debenham & C° behoort tot de allerlaatste realisaties van Emile Thielens, die wellicht nog voor de voltooiing van het complex in 1911 overleed. Hij vestigde zich pas omstreeks 1890 als zelfstandig architect, na jarenlang in dienst te hebben gewerkt van de architecten Louis en François Baeckelmans, en vervolgens van Jules Bilmeyer en Joseph Van Riel. Vooral gekend voor zijn veelal pittoreske gebouwen van de Antwerpse Zoo, zette Thielens omstreeks 1900 voorzichtige stappen richting art nouveau, om kort voor zijn overlijden terug te keren tot een klassieke beaux-artsstijl. Veruit zijn belangrijke realisatie uit deze periode is de monumentale Banque de Reports, de Fonds Publics et de Dépôts aan de Meir.
Het complex op het bouwblok Jordaenskaai, Vleeshuisstraat en Palingbrug is samengesteld uit vier vleugels. Een geïncorporeerd fragment van de 13de-eeuwse burchtmuur, is in doorsnede zichtbaar op de scheiding tussen de twee vleugeluiteinden in de Vleeshuisstraat. De oudste vleugel door Joseph Hertogs uit 1904, het hoekgebouw Jordaenskaai met Vleeshuisstraat, telt tien traveeën, in hoogte oplopend van twee tot vier bouwlagen, op de hoek gemarkeerd door een arkeltoren. Hierbij sluit het poortje door Emile Thielens uit 1907 aan. De vleugels door Thielens uit 1909-1911, het hoekgebouw Jordaenskaai met Palingbrug, en het hoekgebouw Palingbrug met Vleeshuisstraat, tellen respectievelijk negen en tien traveeën, elk gemarkeerd door een hexagonale hoektoren. De meest recente vleugel door Harry van de Veerdonk uit 1946, gelegen op de knik van de Palingbrug, telt vier traveeën met een bouwhoogte van drie bouwlagen. Het gehele complex is afgedekt met door getrapte of gekanteelde aandaken gemarkeerde zadeldaken (leien) waarin een rij afgesnuite dakkapellen of getrapte dakvensters. De gemengde neogotische en neotraditionele architectuur van het complex, geïnspireerd op het laatgotische Vleeshuis werd door Hertogs ontwikkeld voor de oudste vleugel, als een versoberde versie van de architectuur van het Helvetiahuis. Thielens trok het ordonnantieschema en de detaillering van de opstand door over het gehele complex. Voor het sluitstuk van het complex kopieerde Van de Veerdonk de opstand die Thielens voor de Palingbrug ontworpen had. De schade die het gebouw tijdens de Tweede Wereldoorlog opliep, betrof vooral de getrapte geveltoppen van beide risalieten en de bekroning van beide hoektorens zijde Jordaenskaai. Deze werden bij de herstellingswerken in 1946 respectievelijk gesupprimeerd en in vereenvoudigde vorm heropgebouwd. De gevelstenen met opschrift “NATIEN” “HUIS” in het gevelfront aan de Jordaenskaai, dateren van toen.
Het parement van de verschillende gevels imiteert in detail de laatgotische bak- en zandsteenarchitectuur uit de vroege 16de eeuw. Het rode baksteenmetselwerk in kruisverband, is gecombineerd met witte natuursteen voor de pui of kwarthol geprofileerde sokkel, speklagen, waterlijsten, hoek- en negblokken, kraagstenen, kruis- en kloosterkozijnen, maaswerk en steigergaten. De opstanden beantwoorden grosso modo aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van enkelvoudige of gekoppelde kruiskozijnen met negblokken en wigvormige ontlasting, de onderdorpels belijnd door waterlijsten. Brede, spitse korfbogen met maaswerk in het bovenlicht, ritmeren de pui van het gevelfront zijde Jordaenskaai en aanpalende traveeën. Een geprofileerde daklijst met houten gootlijst boven steigergaten, vormt de gevelbeëindiging.
De tien traveeën brede vleugel door Joseph Hertogs uit 1904, was maatgevend voor de gevelordonnantie en detaillering van het totale complex. Dit hoekgebouw van Jordaenskaai en Vleeshuisstraat bestaat uit een hoofdvolume van vier bouwlagen met geknikte gevellijn in de Vleeshuisstraat, aldaar afgesloten door een lagere, getrapte polygonale annex van drie en twee bouwlagen. De opstand is geleed in de hoge pui met spitse korfboorarcade, en de bovenbouw, waarvan de hogere tweede verdieping als bel-etage is uitgewerkt. Een driekwartronde arkeltoren met breed geprofileerde en bewerkte basis, boven de daklijst bekroond door een octogonale topgeleding met leien spits en smeedijzeren topstuk, markeert vanaf de tweede verdieping de hoekpartij. Oorspronkelijk uit bak- en natuursteenmetselwerk, werd de topgeleding in 1946 heropgebouwd uit natuursteen. De compositie legt verder de klemtoon op de oorspronkelijke, bredere middentravee zijde Jordaenskaai, die eveneens vanaf de tweede verdieping als risaliet is uitgewerkt. Deze laatste werd oorspronkelijk bekroond door een tweeledige getrapte geveltop van exact hetzelfde type als in het Helvetiahuis, met rondboogdrielicht, schouderstukken, overhoekse fioelen en topstuk waarop kruisbloemen. Het oorspronkelijke inkomportaal met smeedijzeren vleugeldeur bevind zich in de oorspronkelijk laatste travee rechts van het risaliet. De twee traveeën die aansluiten op de annex zijde Vleeshuisstraat, onderscheiden zich op de eerste twee bouwlagen door een natuurstenen parement en oplopende kruiskozijnen met spitsboogveld. Daarvan zijn de borstweringen versierd met reliëfs die een scheepsanker of Mercuriusstraf verbeelden als symbolen van Scheepvaart en Handel, omwikkeld door banderollen. Bij de annex sluit de uit natuursteen opgetrokken, gekanteelde spitse korfboogpoort uit 1907 aan.
De negen traveeën brede hoofdvleugel door Emile Thielens uit 1909-1911, vormt zijde Jordaenskaai een gespiegelde kopie van de Hertogs-vleugel, tot 1946 inclusief de getrapte geveltop van het risaliet. In plaats van de arkeltoren, wordt de afgeschuinde hoektravee boven de daklijst doorgetrokken in een tweeledige, hexagonale hoektoren. Opgevat als het nieuwe, monumentale hoofdaccent van het uitgebreide complex, wordt deze laatste bekroond door een balustrade met ronde arkeltorentjes als postamenten. De huidige leien spits vervangt sinds 1946 de oorspronkelijke derde geleding van de toren, een slanke, hoog oprijzende en hexagonale lantaarntoren met spits en smeedijzeren windwijzer. Tegen de eerste verdieping van de afgeschuinde hoektravee leunt een driezijdige erker aan, vanaf een getrapte, geprofileerde en versierde basis, en bekroond door een blinde balkonborstwering. Deze erker is versierd met het wapenschild dat ook voorkomt op de erkers van het Helvetiahuis, en wellicht als wapen van de familie Steinmann kan geïnterpreteerd worden. Gekroond door een helm met dekkleed, beeld het wapen een alpensteenbok af. Hogerop is een gevelsteen met het bouwjaar 1911 aangebracht. De drie rechter traveeën van deze vleugel zijde Palingbrug zijn vanwege de geringe straatbreedte beperkt tot drie bouwlagen, waarvan de topgeleding terugwijkt achter een balustrade.
De tien traveeën brede secundaire vleugel door Emile Thielens uit 1909-1911, herhaalt in de eerste vier traveeën zijde Palingbrug de opstand met terugwijkende topgeleding en balustrade van de hoofdvleugel. Beide vleugels werden in 1946 door Harry van de Veerdonk verbonden door een nieuwbouw van vier traveeën met dezelfde opstand. De hoekpartij van Palingbrug en Vleeshuisstraat vormt een lager paviljoen van twee bouwlagen, waarvan de afgeschuinde hoektravee is doorgetrokken in een tweeledige, hexagonale toren met uitkragende topgeleding op korbelen en een leien spits voorzien van een krans afgesnuite dakkapellen. Getrapte dakvensters met kruiskozijnen bekronen de flankerende traveeën.
De plattegrond van het complex bestaat volgens de bouwplannen grotendeels uit kantoorplateaus, die worden ontsloten door de centrale traphal met lift. Deze maakt zoals de aansluitende inkomhal nog deel uit van de Hertogs-vleugel.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Jordaenskaai
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Natiënhuis, Kantoorgebouw Debenham & Cie [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/305016 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.