is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Gedenkmuur 77ste, 114de en 135ste Franse infanterieregiment
Deze vaststelling is geldig sinds
Het kruispunt van de Roeselarestraat en Beselarestraat is bekend als 'Broodseinde'. Het ligt op ongeveer één kilometer ten oosten van de kerk van Zonnebeke. Op de rotonde staat een kunstwerk, op de hoek van de Roeselarestraat en de Beselarestraat staat het Frans gedenkteken.
'Broodseinde' is de naam voor de plaats waar de Passendale-, Roeselare-, Moorslede- en Beselarestraat elkaar kruisen, op ongeveer één kilometer ten oosten van Zonnebeke. Het moeilijk te draineren, maar vruchtbare gebied is gelegen op de ongeveer 50 meter hoge West-Vlaamse hoogtelijn die loopt van Zandvoorde tot Klerken.
Tijdens de Eerste Slag bij Ieper konden de Duitsers over de heuvelkam doorstoten. De bevolking vluchtte en Broodseinde werd op de Britten ingenomen (22/10/1914). De Duitsers startten met de aanleg van begraafplaatsen. Enkele dagen later konden de Fransen het gehucht opnieuw veroveren. De frontlijn zou uiteindelijk stabiliseren ter hoogte van de Beselare- en Passendalestraat. Tijdens de eerste oorlogswinter was het er niet echt rustig te noemen: Fransen en Duitsers lagen dicht bij elkaar, er waren regelmatig uitvalpogingen en de omstandigheden in de loopgrachten waren penibel. In het voorjaar werden de Fransen in de omgeving van Broodseinde afgelost door Britten.
De gasaanval die de Tweede Slag bij Ieper inluidde (22/04/1915), trof vooral het noorden van de Ieperboog. Op 4 mei zagen de Britten zich als gevolg daarvan wel genoodzaakt Broodseinde op te geven en zich terug te trekken tot op de Frezenberg. Maar Ieper werd gered. Toen volgde opnieuw een periode van relatieve rust. Relatief, want ondertussen legden de Duitsers hun Flandern-I-Stellung van Passendale naar Beselare over de Broodseinde aan en vonden er dagelijks schermutselingen plaats.
Op 31 juli 1917 brak de Derde Slag bij Ieper los, een geallieerde doorbraakpoging. Vooral die gevechten betekenden de totale verwoesting van de streek. Pas met de gevechten rond Broodseinde op 4 oktober 1917 zou het gehucht door de Australiërs veroverd kunnen worden, ten koste van een groot aantal slachtoffers. Tijdens deze laatste oorlogswinter werd Broodseinde door geallieerde tunnelling companies ondergraven met dugouts, ondergrondse schuilplaatsen. Met het Duitse Lenteoffensief (april 1918) waren de geallieerden genoodzaakt om zich terug te trekken. Op 28 september 1918 (Eindoffensief) ten slotte kon Broodseinde ten koste van vele doden definitief door de Belgen veroverd worden. Waar eens een volkse wijk lag met boerderijtjes, arbeiderswoningen, een molen en een steenoven, had de oorlog in alle hevigheid gewoed en bleef een woestenij over met Duitse militaire begraafplaatsen, kraters, lijken, dode paarden, munitie, kanonnen… Vanaf februari 1919 kwam de bevolking toch terug en vestigde zich voorlopig in barakken. De heropbouw kon beginnen. Op het kruispunt werd in 1977 een gedenkteken opgericht door de Nationale Strijdersbond ter herinnering aan de vele omgekomen Fransen tijdens de maanden oktober-november 1914.
Gedenkteken staande op een breed platform met betonnen plaveien, opgevat als een driehoekige toegangspoort van rode baksteen. Het is samengesteld uit drie delen, vooraan links een volle driehoekige muur, daarachter gedeeltelijk verstopt een soort portiek met zadeldak en met een bronzen klokje en achteraan rechts eveneens een driehoekige muur. Rechts van de portiek staan drie gegoten betonnen kruisen op een vloer uit rode baksteen.
Op de kruisen: 'Aux soldats inconnus morts pour la France'. Op de muur beschilderde ijzeren letters: 'Ici on ne passe pas'. Op de bakstenen vloer ligt een hardstenen plaat met bronzen reliëfletters: '1914 Broodseinde-Nieuwe molen 1918'. 'Aux héros français du 9e C.A. Rgts: 77-114-135 qui défendaient cette crête Oct.-Nov. 1914'. Op een granieten plaatje met zilverkleurige letters: 'Aux soldats français morts dans la défense commune de la liberté - Les questeurs du sénat de la république française 6-10-1978'. Rechts van dit gedenkteken staat een lage muur uit rode baksteen met twee vlaggenstokken. Vijf hardstenen platen zijn ingewerkt in de voorkant van links naar rechts: 1. 'Opgericht door N.S.B. Zonnebeke ter ere van onze Franse strijdmakkers gesneuveld in 1914-1918 / de voorzitter: A. Deseyne / de secretaris: A. Speybrouck 11-9-1977'. 2. 'Schenker grond: Comyn E. O.V.Z. 14-18 / Aannemer: Noyez M. O.V.Z. 40-45 / architekt: W. Barthier'. 3. '11-9-1977 P. Priem burgemeester Zonnebeke / R. Decroix Maire d'Eperlecques Fr.'. 4. 'N.S.B.N. N.S.B.P. N.S.B.G.'. 5. 'En remerciement des populations de Zonnebeke et d'Eperlecques aux morts français 1914-1918'. Hoogte 444 cm x breedte 791 cm x diepte 503 cm (groot monument) en hoogte 60 cm x breedte 410 cm x diepte 40 cm (roodbakstenen muur).
Bron: WOI Relict (490): Gedenkmuur 77ste, 114de en 135ste Franse infanterieregiment (Zonnebeke - WOI)
Auteurs: Decoodt, Hannelore; Bogaert, Nele
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Roeselarestraat
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Gedenkmuur 77ste, 114de en 135ste Franse infanterieregiment [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/305022 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.