Vrij getrouwe reconstructie van de vooroorlogse eenheidsbebouwing in lokale renaissancestijl daterend van 1606, naar plannen van architect Jules Coomans (Ieper) van 1923. Respectievelijk functies: vanaf 1695 tot 1783, klooster van de augustinessen van Onze-Lieve-Vrouw ten Bunderen met achterliggende kapel van 1695; tussen 1785 en 1873, Lamotteschool; woning van de bestuurster van de Stadsmeisjesschool tot in de jaren 1950 en thans privé-woning.

Achterliggende klaslokalen gegroepeerd rondom een speelplaats, ook naar ontwerp van vermeld architect, en thans afdeling van het Sint-Vincentiuscollege met toegang aan de Sint-Elisabethstraat; tot het einde van de jaren 1940, schooltoegang via straatje uitgevend op de Rijselsestraat ter hoogte van de huidige garagepoort van nummer 60.

Twee enkelhuizen van respectievelijk twee en drie traveeën, en twee bouwlagen onder zadeldak (nokrichting parallel aan de straat, leien). Respectievelijk trapgevel gedateerd 1606 door middel van cartouche in de geveltop met bolvormige bekroning, en lijstgevel met centraal, getrapt dakvenster voorzien van getorst topstuk. Baksteenbouw op plint van Atrechtse zandsteen. Eerder uitzonderlijk voor de Ieperse architectuur, in tegenstelling tot bijvoorbeeld Poperinge, is echter de donkerrode baksteenbouw getypeerd door het afwisselend gebruik van gele bakstenen voor de ruitvormige metselaarstekens op penanten en boogvelden, de korfboogomlijstingen van de muuropeningen, en de hoekbanden. Voorts horizontaal gelede gevels door middel van kordonvormende, geprofileerde lekdrempels onder meer bij nummer 56 met tandlijst en dropmotief; bij nummer 58, ook doorgetrokken druiplijsten en geprofileerde kroonlijst op consoles (baksteen). Verdiepte houten kozijnconstructies voor ramen en deuren: kruiskozijnen, onder meer drielichtkozijn (nummer 56) met kleine roedeverdeling; kozijndeuren met gedeeld bovenlicht.