is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Onze-Lieve-Vrouwbegraafplaats
Deze vaststelling is geldig sinds
Ommuurde Onze-Lieve-Vrouwebegraafplaats met poortgebouw opgericht in opdracht van de gemeente Borgerhout in 1885. De site is uitgebreid in 1930 en vervolgens in 1942, telkens in zuidelijke richting.
Hoewel de begraafplaats van Silsburg op Deurnes grondgebied ligt, maakt ze vanaf de oprichting deel uit van het district Borgerhout. Bij de scheiding van Deurne-Borgerhout in 1836 had Borgerhout nog geen begraafplaats, maar ze mocht haar overledenen aanvankelijk op het Sint-Fredeganduskerkhof van Deurne begraven. Nadat de gemeenteraad van Deurne in 1841 een verbod uitvaardigde op het begraven van lichamen zonder de toelating van de ambtenaren van de burgerlijke stand, kocht Borgerhout in 1843-1844 in de Driehoekstraat 42 are grond aan om er een kerkhof in te richten. Gezien het reeds in 1860 of 1861 onteigend is voor de werken aan een verdedigingsgordel rond Antwerpen, kocht Borgerhout langs de Turnhoutsebaan 68 are grond aan van Sint-Willebrordus, waar het opnieuw wegens plaatsgebrek al snel een nieuwe locatie opzocht. In 1884 verwierf de gemeente van baron De Vinck 4ha 36a 5ca grond ten zuiden van de Herentalsebaan, waarna het nieuwe kerkhof op 23 april geopend is.
De muur aan de Herentalsebaan is gebouwd in 1885, wellicht gelijktijdig met het poortgebouw - dat naar verluidt geïnspireerd zou zijn op dat van de Kiel begraafplaats - hoewel een kadastrale mutatieschets 1890 voor de oprichting aangeeft. Aannemer Wanbecq werd aangesteld voor de kasseiwerken. In 1912 kreeg de begraafplaats, sinds 1890 omgedoopt tot Onze-Lieve-Vrouwebegraafplaats, een autopsiekamer, sanitair en bergplaatsen. Pas in 1904 werd het kerkhof in de Driehoekstraat ontruimd. Nadat de gemeente Borgerhout in 1926 de beslissing nam om een ereperk en een monument voor de gesneuvelden op te richten kwam er enkele jaren later in 1930, ondanks protest van de omwonenden, een zuidwaartse uitbreiding van 1 ha 42a en 83 ca. Bij de derde en laatste vergroting uit 1942, is de begraafplaats uitgebreid met 95 x 154 meter, waarbij de calvarie verplaatst is. Vervolgens is dit nieuwe gedeelte in 1949-1950 afgesloten door een bakstenen muur.
Vanaf het einde van de jaren 1970 kreeg de begraafplaats een meer functioneel karakter, in 1978-1979 door de oprichting van een columbarium en strooiweide en daarna in 1981 door de verharding van de paden met betontegels, uitgevoerd door de Grobbendonkse A. Carpentier en Zn. Belangrijke aanzetten voor een duurzame toekomstige ontwikkeling van deze nog levende begraafplaats waren de renovatie van het poortgebouw in 2002 door bouwbedrijf Brebuild en de bescherming als monument van het oorlogsmonument en ereperk voor gesneuvelden, op 17 december 2012.
De begraafplaats neemt anno 2018 het grootste deel in van het bouwblok begrensd door de Herentalsebaan (hoofdtoegang), oostwaarts door de aaneengesloten bebouwing langs de Manebruggestraat, zuidwaarts door bebouwing aan De Vleerakkerstraat en westwaarts door de Kerkhofweg. Het terrein bestaat uit twee duidelijk onderscheiden delen met aan zuidelijke zijde de vrij gaaf bewaarde oudste zone uit 1885, een quasi rechthoekige grond die aan de Herentalsebaan onregelmatig uitgewerkt is, met centraal, een inspringend ingeplant poortgebouw als hoofdtoegang. Hierop sluit aan noordelijke zijde een smaller onregelmatig perceel aan, die de uitbreidingen uit 1930 en 1942 incorporeert. Alle delen zijn met elkaar verbonden door een centrale hoofdas, die loopt vanaf het poortgebouw tot de calvarie. Een door de gemeente goedgekeurd verkavelingsplan uit 1927 verschaft meer inzicht over het oudste gedeelte van het kerkhof en de karakteristieke, uiterst rationele perkindeling. De kern van deze zone bestaat uit vier identieke vierkanten aan weerszijden van de hoofdas (A-H), die op hun beurt elk in vier gelijke parten verdeeld zijn, met tussenliggende paden. Daarrond een reeks grotendeels ongelijke kavels (K-V), die de contouren van de begraafplaats volgen en door middel van brede dwars- en parallelassen gescheiden zijn van de binnenperken.
Beeldbepalend is het vanaf de Herentalsebaan zichtbare perk V met het oorlogsmonument voor gesneuvelden en het ereperk. In 2016 verscheen vlak naast dit perk een nieuw monument voor de V-bomslachtoffers in de vorm van stenen waarop namen van de overledenen vermeld staan. Aan de westelijke muur perken S en R, die oorspronkelijk waren voorbehouden voor kindergraven, maar in de loop van het interbellum geruimd zijn voor graven van volwassenen.
De indeling van de noordelijke nog grotendeels onbebouwde zone veruitwendigt de fasegewijze uitbreidingen, bestaande uit een areaal met quasi rechthoekige contouren en perken, aangelegd in 1930, en daarachter de nog grotendeels onbebouwde uitbreiding uit 1942. Opvallend is dat de perken hier ruimer zijn opgevat volgens een onregelmatig grondplan bepaald door de schuin ingeplante noordelijke afsluitmuur, met als beeldbepalend element de calvarie uit 1885. Verder gaat de aandacht naar het columbarium uit de jaren 1970 (perk Z), een uniform ensemble van twee aan twee evenwijdige muren met karakteristiek honingraatmotief. Aan perk Y2 bevindt zich nog een diensttoegang.
Het waardevolle landschappelijk karakter dat de zuidelijke zone kenmerkt is hier verschraald door de functionele bestrating in betonstenen, op perk X1 met een afwijkende kruisvormige opdeling en centrale cirkelvorm, een motief dat herhaald is het aanpalend perk W2.
Symmetrisch opgevat bakstenen poortgebouw in eclectische stijl met elementen uit de neo-Vlaamserenaissance-stijl (diamantkop, sierankers, bolvormige bekroning) met verhoogde rondbogige doorgang in rustica-omlijsting onder leien tentdak met ruiter. De zijvleugels zijn geopend met gekoppelde, getraliede rondboogvensters in gelijkaardige omlijstingen, voorzien van zijpuntgevels met aandak. Het gebouw kreeg een hoge hardstenen plint met bekronende lijst die de vensterdorpels integreert, samen met venster- en poortomlijstingen uitgevoerd in blauwe hardsteen. Dit materiaal is ook toegepast voor consoles met voluut- en peerkraalmotief en voor het nu verweerde ingemetselde paneel aan kerkhofzijde, wellicht ter herdenking van de oprichting.
Het hoofdgebouw is geflankeerd door twee lage en blind uitgewerkte dienstgebouwen aan weerszijden van het hoofdgebouw, wellicht daterend uit 2002. Ze zijn uitgevoerd in baksteen, waarvan de soort, kleurstelling en voegwerk afwijken van het hoofdgebouw, onder een zinken schilddak. Toen is wellicht ook het houten vensterschrijnwerk vervangen. De smeedijzeren toegangspoort lijkt aangepast, mogelijk naar oud model. De ijzeren afsluiting aan de Herentalsebaan is nog gedeeltelijk oorspronkelijk met herstellingen naar oud model.
Wit geschilderd ensemble van Christus op kruis tussen een rouwende Maria en Johannes; wellicht nog oorspronkelijk (1885). Geïntegreerd in de noordelijke afsluitmuur, is dit geheel beschermd door een heropgebouwde bakstenen behuizing met zadeldak van circa 1942-1950, quasi identiek aan diens voorganger uit 1885, maar met sterkere dakhelling. Vermoedelijk met hergebruikte en aangepaste oude windborden uitgewerkt als een gotische drielob, dragend op de oude witstenen consoles, in overeenstemming met het poortgebouw gedecoreerd met diamantkopmotief. Het stalen kruis en de in ciment uitgevoerde beelden wellicht gerealiseerd omstreeks 1886 door de Brugse beeldhouwer Hendrik Pickery (1828-1894).
De hoofdas vormt de kern van de begraafplaats als een dicht bebouwd, gaaf bewaard en verzorgd geheel, waarbij de meest waardevolle en oudste graven gesitueerd zijn langs de hoofdas. Beide zijden tonen een ruime aanwezigheid van imposante vooroorlogse en interbellumgraven, waarbij deze uit de oudste, eind-19de-eeuwse periode reeds grotendeels geruimd zijn. Eerder traditionalistisch van opvatting, is geopteerd voor een waaier aan neostijlen, harmonisch afgewisseld met een sobere, meer geometrische vormentaal ontleend aan de art-decostijl, o.a. Van der Wee-Claes (perk F1-W). De grafmonumenten zijn grotendeels uitgevoerd in blauwe hardsteen, terwijl in een aantal gevallen ook zwarte graniet of dioriet gebruikt is. Het leeuwendeel bestaat uit de combinatie zerk-stèles, doorgaans monumentaal opgevat, tussen postamenten en met afsluitingen; in een aantal gevallen gebruik van marbriet. Beeldbepalende graftypes zijn onder meer deze met half vrijstaande sculpturen (onder meer pleuranten) die veelal aanleunen bij het symbolisme, bijvoorbeeld het grafmonument van Jules Van Beylen (1858-1926), aannemer en schepen van openbare werken van Borgerhout (perk C2-oost). Een ander imposant voorbeeld is het door beeldhouwer Antonio Canova geïnspireerd grafmonument van de familie Moorkens-Antonissen (perk G1-oost). Terugkerende motieven zijn daarnaast de engelsculptuur en sarcofaag, en het aediculum met (gebroken) fronton.
Een aantal burgemeesters is begraven op Silsburg, onder andere Lodewijk Moorkens (perk G-oost), Karel De Preter (perk B2-west) en Godefridus Marée (perk V1-oost).
Sportmannen zoals olympisch kampioen Léonard Daghelinckx (perk W1-west, graf 4) en Stan Ockers (perk U1-oost) kregen er een laatste rustplaats.
Vermeldenswaard zijn de graven van kunstenaars en architecten onder andere van beeldhouwers Antoine Amorgasti (perk H1-oost, graf 15), Alfons Baggen (perk T1-oost) en Albert Poels (perk U-oost). ook vermeldenswaardig is de sobere, vlak afgewerkte rechthoekige stèle van de Antwerpse beeldhouwer Rik Sauter (1885-1952) discreet deel uitmakend van het ereperk (G2-zuid) en het graf met kleurrijke, abstracte glas-in-loodverbeelding van kunstglazenier Ivo Bakelants (W2-noord- graf 2). Architect Renaat Braem stond in voor het ontwerp van de sobere graven van zijn ouders en van Jozef Wauters.
De ingang is gemarkeerd door twee lindes; achter het poortgebouw staan twee palmen. De lanen zijn nagenoeg volledig beplant met beuken; plaatselijk staat er een meidoorn of berk. Tussen de graven zijn verschillende soorten coniferen geplant, onder meer chamaecyparis en taxus omheen het ereperk.
Auteurs: Van den Borne, Steven
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Herentalsebaan (Deurne)
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Onze-Lieve-Vrouwbegraafplaats [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/305093 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Stad Antwerpen
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.