is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Woning De Laet met werkplaats
Deze vaststelling is geldig sinds
Half vrijstaand complex met confectielokalen en appartement in laat-modernistische stijl, gebouwd naar ontwerp van J. F. Eneman uit 1965. Opdrachtgever was het echtpaar de Laet, dat toen een woning in de Berlaarseteenweg 76 te Lier betrok. Van architect Eneman is vooralsnog weinig bekend.
Het gebouw maakt deel uit van de drie bouwlagen hoge, aaneengesloten naoorlogse woningen onder plat dak met voortuin die het straatbeeld bepalen, maar waar het zich onderscheidt door zijn opvallende gevelbekleding en strakke bouwplastiek. Het ensemble bestaat uit een half vrijstaande voorbouw met vierkant grondplan en achterliggend een vrijstaande garagevleugel voor drie voertuigen. Voortuin, doorrij en achtertuin zijn integraal bestraat in silexdallen, ook toegepast als bekleding van de lage afsluitmuur aan de straat. Hierbij is ruimte gelaten voor een zone met beplanting: een rechthoekig stuk grond centraal aan de straat, dat onuitgevoerd is of later versteend is tot parkeerruimte, en in de zuidwestelijke hoek van de achtertuin, waar aansluitend een getrapte visvijver was voorzien. Gevelbehandeling en terreinafwerking vormen een fraai robuust ensemble.
Voor de constructie is gebruik gemaakt van gewapend beton voor vloeren en dakplaat, in combinatie met een betonskelet en wellicht met baksteenmetselwerk voor de dragende delen. Het ontwerp van de voorbouw laat zich kenmerken door een tweedelige gevelstructuur, met donkere hoge sokkel in Maas grès en een bovenbouw met een bekleding van rechthoekige witte "Kwartz" platen, die doorloopt als afwerking van de uitstekende dakrand en ook is toegepast voor de puilijst. De dakrand is vervaardigd uit gewapend beton, ook gebruikt voor de vensterkaders. De lage plint, borstweringen en vensterdorpels zijn uit blauwe hardsteen. De architect voorziet evenwaardig ontworpen, verzorgde voor- en zijgevels en een functionele achtergevel. In de voorgevel met toegang aan linker zijde bepaalt de sculpturaal uitgewerkte topverdieping de compositie. Hier biedt een terugwijkend centraal geveldeel ruimte aan een terras met als bekroning een monumentale pergola uitgevoerd als een forse open roostering in kiezelbeton. De horizontaal belijnde metalen toegangsdeur kreeg decoratief beslag à l’antique en een vast zijlicht beschermd door een rastervormig traliewerk. De ordonnantie van voor- en zijgevels is gelijkaardig, met een weloverwogen variatie aan vensterformaten: in de sokkel staande (venster)deuren en in de bovenbouw - voorzien van geprononceerde kaders - ruime driedelige vensters op de eerste verdieping en vierkante openingen op beide verdiepingen. De voorgevel is verder opengewerkt met twee ongelijke liggende vensters aan weerszijden van het binnenterras, terwijl de bovenbouw van de zijgevel meer gesloten is uitgewerkt. De verbinding tussen deze beide muurfronten wordt gemaakt door een ruim hoekvenster op de begane grond. In de achtergevel is de bovenbouw regelmatig ingedeeld met boven elkaar staande rechthoekige vensterpartijen, op de begane grond met twee toegangsdeuren centraal en rechts. De vensteropeningen kregen schuin geplaatste dorpels in blauwe hardsteen en zijn ingevuld met bewaard gebleven houten schrijnwerk en ook nog aanwezig zijn het rastervormig metalen smeedwerk als terrasafsluiting in de topverdieping en als borstweringen van de brede vensterpartijen op de eerste verdieping.
De architect kiest voor een vrij plan gebruik makend van een draagstructuur met betonnen kolommen volgens een rastervormig grondplan met ongelijke verdeling. Niet-dragende muren delen de niveaus verder in, op de begane grond afwijkend en in de bovenbouw in overeenstemming met de rastervorm. Op de begane grond neemt een ruimte met paskamers de rechter helft van het niveau in, ontsloten vanuit een L-vormige inkom- en traphal. Verder wordt aan straatzijde plaats geboden aan een bureel naast de inkomhal; achter de traphal een lift en een toilet en aan de achtergevel de keuken. Deze laatste is verbonden met een studio die uitgerust is met een stortbad. Op de eerste verdieping beslaat een ruime rechthoekige werkplaats de twee rechter traveeën terwijl in de linker travee van straat naar achtergevel een sanitair blok, trappenhuis en een iets smaller uitgewerkte eetzaal zitten.
In de topverdieping, waar een appartement is ingericht, zijn de verschillende kamers toegankelijk vanuit een vestibule aan de traphal. Aan straatzijde wordt de indeling bepaald door het open binnenterras, dat middels grote vensterpartijen licht en lucht verschaft aan enerzijds een L-vormige leefruimte in de hoek en anderzijds aan de keuken achter de traphal. Uitkijkend over het binnengebied zijn achteraan de slaapvertrekken ingericht met compacte nachtgang, opvallend ontsloten vanuit de leefruimte. De hoofdslaapkamer is verbonden met een grote badkamer en een toilet, die ook afzonderlijk bediend wordt vanuit de vestibule; in de hoek nog een (kinder)slaapkamer palend aan een kleine badkamer, toegankelijk vanuit de nachtgang.
Auteurs: Van den Borne, Steven
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Deurne
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Woning De Laet met werkplaats [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/305147 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Stad Antwerpen
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.