Eenvoudige doch karakteristieke serristenvilla met kleine omhaagde voortuin en achterliggende tuin, uit de tweede bloeiperiode van de druiventeelt. De villa werd kadastraal geregistreerd in 1930 als 'nouvelle construction' in opdracht van August Geens-Kayaert, druivenkweker.

Baksteenbouw van twee bouwlagen onder gecombineerde leien bedaking. Typisch is het volumespel geaccentueerd door de erker en portiek en de afwisseling van punt- en lijstgevels met contrasterende verwerking van imitatienatuursteen voor muurbanden, hoekkettingen en getrapte fries. Omlopende, verspringende houten kroonlijst. Gebruik van natuursteen voor de onderbouw. Gevarieerde boogvormige vensters met vernieuwd schrijnwerk naar oud model; bewaarde deur voorafgegaan door een portiek met fraai houtwerk aansluitend bij de Mariënstijl (zie gemeente-inleiding).