is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Vrije kleuter- en lagere meisjesschool
Deze vaststelling is geldig sinds
Vrije kleuter- en lagere meisjesschool waarvan het hoofdgebouw kadastraal als vergroting werd geregistreerd in 1925 mogelijk met integratie van het 19de-eeuwse gedeelte, opgetrokken ter plaatse van het Hof te Oppem, een historische hoeve die aan de basis lag van de ontwikkeling van Oppem.
Volgens de literatuur lag hier oorspronkelijk het nu verdwenen hof van Ophem dat aan de basis lag van de ontwikkeling van Oppem. Als leengoed van Groot-Bijgaarden was het in bezit van het oude riddergeslacht van Ophem waarvan al vertegenwoordigers worden vermeld in het cartularium van de abdij van Grimbergen (1132-1243). Later werd het hof van Ophem opgesplitst in verschillende hoven met het latere Sterckxhof achter de kerk en het Hof ten Steene.
In het begin van de 19de eeuw werd op deze plaats volgens de literatuur een buitenverblijf zogenaamd 'het kasteel' opgericht. In 1845 wordt op het kadaster (ongeveer op de plaats van het huidige centrale volume) een nouvelle construction ingetekend in eigendom van Ernestina Vandergracht, rentenierster Mechelen; het geheel was toen omgeven door een boomgaard; een bestaand volume ten noordoosten van het nieuwe gebouw werd op dat ogenblik vergroot. In 1853 stond de eigenaresse Vandergracht dit volume, een ‘woonst met tuin’, ter beschikking voor de oprichting van een meisjesschool. Het onderricht werd toevertrouwd aan de zusters van de Voorzienigheid uit Champion (Namen). Bij het begin was er naast het onderkomen voor de zusters slechts één klas; door het toenemende aantal leerlingen werd er onder impuls van monseigneur Sterckx vrij snel een tweede klas bijgebouwd. Na het overlijden van Ernestine Vander Gracht in 1853 stelden haar erfgenamen het domein waarop het 'kasteel' en het schooltje stonden in 1861 publiek te koop waardoor het geheel in handen kwam van de latere VZW Voorzienigheid. De zusters gingen in het 'landhuis' van omstreeks 1845 wonen; de nieuwe klassen kwamen aan weerszijden ervan en de oude gebouwen ten noordoosten werden gesloopt, zie kadastrale registratie in 1863 in eigendom van Rose Eleonore en medegenoten, kloosterlingen, Champion. Volgens de mutatieschetsen van 1925 ten slotte werd het geheel nogmaals vergroot en muteerde het van 'huis' naar 'huis en school' in eigendom van de 'Association des soeurs de la providence et de l’Immaculé Conception'. Hoewel er sprake is van een vergroting werd op dat ogenblik een volledig nieuw volume ingetekend waarbij mogelijk het bestaande volume werd geïntegreerd. In de loop van de 20ste eeuw volgden nog diverse uitbreidingen.
Na het vertrek van de zusters in 1979 werd het werk overgelaten aan leken. In 1985 ingericht als Montesorischool. De huidige noordvleugel werd gebouwd naar een ontwerp van 1996 van de hand van architect Etienne Wijns (Wolvertem).
Het vermoedelijk oudste gedeelte van de school, het latere klooster, bestaat uit een met schijnvoegen gecementeerd en witgeschilderd volume van drie traveeën en twee bouwlagen onder een pannen schilddak met klokkentoren (de nok loodrecht op de straat). Het pand, vrij eenvoudig van uitzicht is onderkelderd en wordt gemarkeerd door een verhoogde begane grond en een middenrisaliet. De lijstgevel met dubbelhuisopstand wordt aan de speelplaatszijde (oostzijde) geopend door rondbogige benedenvensters en rechthoekige bovenvensters, alle voorzien van persiennes en een hardstenen lekdrempel, op de bovenverdieping doorgetrokken tot cordon. Getraliede rechthoekige keldergaten. Het schrijnwerk werd integraal vernieuwd. Omlopende houten kroonlijst. Het voormalige klooster wordt aan weerszijden geflankeerd door een lager klassenvolume van drie traveeën en één bouwlaag onder een half schilddak, net als in het klooster bekleed met mechanische pannen. Ze vertonen een eveneens met schijnvoegen gecementeerde lijstgevel op gecementeerde plint en worden geopend door rechthoekige vensters op hardstenen lekdrempels; ook hier werd het schrijnwerk vernieuwd. Deze volumes dateren vermoedelijk uit het interbellum, zie mutatieschetsen van 1925. Het uitzicht van de achtergevels (westzijde) sluit hierbij aan, maar is voor een deel verborgen door een toegevoegde brandtrap. Aansluitend ten noorden de latere uitbreiding naar ontwerp van architect Wijns.
Auteurs: Kennes, Hilde
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Oppem
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Vrije kleuter- en lagere meisjesschool [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/305496 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.