Deze art-decoburgerwoning met gevelbrede balkons maakt deel uit van een ensemble van zes gelijktijdig opgetrokken eengezinswoningen in de Groenstraat, bestaande uit de woningen van nummers 1 tot en met 11. De huizenrij, die invloeden uit de art deco en het modernisme combineert, werd in 1933 ontworpen door architect Raymond Vankeerberghen in opdracht van de heren Goemans en Stroobants. Hoewel de zes woningen gelijktijdig gebouwd werden en stilistisch zeer grote gelijkenissen vertonen, onderscheiden ze zich van elkaar in de geveluitwerking.
De zes woningen tellen elk drie bouwlagen en twee traveeën onder een rood pannen zadeldak; elke woning heeft dezelfde nok- en kroonlijsthoogte. De lijstgevels zijn overwegend uitgewerkt in een smalle baksteen met dieperliggende Dudokvoegen. Bij iedere woning ligt de nadruk op de bel-etage, die door middel van erkers of balkons werd geaccentueerd. Door het toepassen van verschillende types vensteropeningen, afwerking en materialen, vormt iedere woning een entiteit op zich.
De gevel van nummer 1 heeft een parement bestaande uit een combinatie van een donkerbruine, platte baksteen met een dieperliggende Dudokvoeg en zwart geglazuurde tegels voor de plint. De enkelhuisindeling heeft links een smalle deurtravee, en rechts een bredere venstertravee. De eerder eenvoudige begane grond heeft in de betreffende traveeën een rechthoekige deur en venster. De gevel wordt gedomineerd door twee zware gevelbrede balkons op de verdiepingen, uitgevoerd in kunststeen. Deze balkons werden strak geometrisch uitgewerkt door horizontale stijlen. Een brede houten kroonlijst overluifelt het bovenste balkon en omvat een rolluik. Elk balkon wordt afgesloten door een smalle, tweezijdige erker in de linkse deurtravee, steeds voorzien van een houten decoratieve kroonlijst. Deze kroonlijsten werden net zoals de brede, originele houten kroonlijst ter beëindiging van de gevel en het bewaarde houten schrijnwerk witgeschilderd. Het witgeschilderde, houten schrijnwerk met ramen met geometrisch vormgegeven glas in lood op de gelijkvloerse verdieping, ramen met horizontale roeden op de verdiepingen alsook de houten voordeur met licht en smeedwerk bleef intact bewaard.
De zes onderkelderde eengezinswoningen hebben dezelfde enkelhuisplattegrond. Een smalle gang in de deurtravee leidt tot aan het trappenhuis dat toegang verschaft tot de verdiepingen. De gelijkvloerse verdieping heeft in de venstertravee twee opeenvolgende ruimtes bestaande uit de woonkamer aan de straatzijde, en een eetkamer erachter. In een lagere, gevelbrede aanbouw en uitkijkend op de stadstuin, zit de keuken, met aansluitend sanitair. De verdiepingen omvatten elk twee slaapkamers, aan tuinzijde met ruim terras.
- Stadsarchief Leuven, Modern Archief, dossier 1933/12-17 (bouwvergunning 07.02.1933).