erfgoedobject

Modernistische villa

bouwkundig element
ID
305583
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/305583

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Modernistische villa
    Deze vaststelling is geldig sinds

Beschrijving

De opdracht tot het bouwen van de modernistische villa op de toenmalige hoek van de Jules Vandenbemptlaan en de Kardinaal Mercierlaan werd gegeven door pastoor Leunis, wonende te Auvernas le Baudouin, Hannuit (Luik). Het ontwerp van de woning werd aangeleverd door architect Paul Van Dormael. De bouwaanvraag werd goedgekeurd in 1938.

Paul Van Dormael, was de zoon van Theo Van Dormael. Vader en zoon waren erg actief in Heverlee zoals onder andere in de Kardinaal Mercierlaan, grenzend aan de achterzijde van het perceel, waar ze ook zelf woonden. De villa werd opgetrokken na een opdeling van een groter perceel, eigendom van Jos Van Dormael en opdrachtgever van de woning te Jules Vandenbemptlaan 18, eveneens door Paul Van Dormael ontworpen.

Paul Van Dormael is voornamelijk gekend als een architect die aanleunde bij het modernisme zoals gekend uit de jaren 1930. Paul Van Dormael werkte samen met zijn vader Theo Van Dormael. Waar Theo een architect van de vorige generatie was en erg historiserend te werk ging (zoals bijvoorbeeld de realisaties in de Kardinaal Mercierlaan zelf), opteerde Paul Van Dormael al snel (jaren 1930) voor de stijl van het modernisme, later met invloeden van de Expo ’58-stijl. In Heverlee, waar hij woonde en werkzaam was, werden verschillende modernistische stadswoningen, in de rij en vrijstaand, bewaard. Deze woning is hiervan een representatief voorbeeld.

De modernistische villa maakt deel uit van een geheel van opeenvolgende villa’s in uiteenlopende stijlen, opgetrokken op grote percelen, die het overgrote deel van de Kardinaal Mercierlaan, de Jules Vandenbemptlaan en de Koning Leopold III-laan kenmerkten en veelal bewoond werden door welgestelden.

De voortuin wordt van de Jules Vandenbemptlaan afgesloten door een afsluiting. Pijlers in rode baksteen en met hardstenen dekstenen worden verbonden door lage bakstenen muurtjes met hierop ijzeren hekwerk.

Het kenmerkende gabariet van de villa werd gecreëerd door het stapelen van verschillende kubistische volumes over twee tot drie bouwlagen onder platte bedaking. Het resultaat is een woning waarvan geen enkele gevel dezelfde is. In- en uitspringende volumes, strak en hoekig of juist glooiend, zorgen samen met de sterk verschillende vensters voor uiterst dynamische gevels en wisselende dakvlakken. De woning werd opgetrokken in de kenmerkende platte, bruinrode baksteen, zoals Paul Van Dormael deze gedurende de jaren dertig meermaals aanwendde voor zijn modernistisch geïnspireerde ontwerpen. Voor de plint werd een donkerdere baksteen gebruikt. Dit baksteenmetselwerk contrasteert met de brede horizontale lijsten uit witte pleister die al de gevels verbinden, en de overgang tussen de verschillende bouwlagen aangeven. Deze lijsten trachten het horizontale karakter van de woning te benadrukken.

De voorgevel, gericht naar de Jules Vandenbemptlaan, telt twee traveeën waarvan de rechter geprononceerd wordt doordat deze vooruitspringt in hoogte en rooilijn. Waar grote vierkante vensters de linkertravee doorbreken, wordt de rechtertravee gekenmerkt door vier afzonderlijke gekoppelde vensters per verdieping, van elkaar gescheiden door midden van stijlen, eveneens in witte pleister. De rechtertravee gaat door middel van een gebogen hoek over in de linkertravee van de rechterzijgevel. Deze gevel telt drie traveeën, waarvan de linkertravee de dieperliggende voordeur met luifel omvat. De centrale travee is opvallend vanwege het smalle verticale venster ter verlichting van de achterliggende trapkoker en de uitspringende en zwevende boogvorm ter hoogte van de verdieping. De boog springt ter hoogte van de gelijkvloerse verdieping naar binnen. Een volume van een halve bouwlaag hoog met een groot keldergat, bevindt zich in het verlengde van deze middelste travee en bevat de kolenkelder (half ondergronds). De derde travee vormt samen met de achtergevel, grenzend aan de Kardinaal Mercierlaan, het hoogste volume van de woning, eveneens zichtbaar vanop de Jules Vandenbemptlaan. Deze travee bestaat uit een blinde gevel. De achtergevel, gericht naar de Kardinaal Mercierlaan, bestaat uit twee traveeën met eenzelfde kroonlijsthoogte. De linkertravee is vooruitspringend en omvat op het gelijkvloers een achterdeur en een vierkant venster. De eerste verdieping heeft één rechthoekig venster, de tweede verdieping een reeks van vier kleine, rechthoekige vensters, van elkaar gescheiden door middel van stijlen in witte pleister. Harmonie wordt in deze gevel gebracht door het enigszins spiegelen van dit gevelschema naar de rechtertravee. Op de eerste verdieping situeert zich een eenvoudig balkon met buisleuningen. De linkerzijgevel, gericht naar het Kantineplein, is meer gestructureerd ingedeeld. De gevel telt twee traveeën waarvan de rechter twee bouwlagen telt en vooruitspringend is. De linkertravee telt net als de achtergevel drie bouwlagen, opengewerkt door vierkante en rechthoekige vensters. De uitstekende derde bouwlaag heeft dezelfde reeks van vier vensters die ook in de achtergevel aanwezig zijn.

Het originele schrijnwerk, bestaande uit witgeschilderde houten ramen, met horizontale verdelingen enerzijds en met verticale verdelingen anderzijds, werd vervangen door modern schrijnwerk. Dit schrijnwerk behield de indeling van de originele vensters, maar is van een ander materiaal.

Het modernistische volume herbergt een klassiek opgebouwde enkelhuisplattegrond. In de rechtertravee van de voorgevel bevindt zich de gang met het trappenhuis dat de kelder en de verdiepingen bedient en de achterliggende keuken in de bredere opbouw. De gang is bereikbaar via de inkomhal die in de zijgevel is geplaatst. Vanuit de gang zijn drie vertrekken toegankelijk gemaakt; een bureau aan de voorzijde van het gebouw (linkertravee voorgevel) en een keuken en eetkamer in de achterzijde van de woning. Dezelfde plattegrond werd op de verdieping aangehouden. Drie slaapkamers schikken zich rondom de traphal, een vierde kamer bevindt zich boven de inkomhal op het gelijkvloers. De tweede verdieping ter hoogte van de achterzijde van de woning, omvat tenslotte nog twee zoldervertrekken.

Een gelijkvloerse uitbouw met plat dak, bestaande uit een garage, vangt aan ter hoogte van de rechtse travee van de rechterzijgevel, vanop de Jules Vandenbemptlaan en werd in 1998 vergund. De aanbouw werd opgetrokken in dezelfde materialen als de hoofdbouw, werd eveneens op historische foto’s weergegeven, maar wordt niet vermeld in de bouwaanvraag. Mogelijk is deze toevoeging van een latere datum, maar werd ervoor gekozen ze op te trekken in dezelfde esthetiek als de hoofdbouw.

  • Stadsarchief Leuven, Modern Archief, dossier 1938/56 (bouwvergunning 15.03.1938) en dossier Ruimtelijke Ordening 1998/0104 (bouwvergunning 27.08.1998).
  • AMELYNCK J. 1988: De moderne woning in Groot-Leuven van 1928 tot 1940: een aanzet tot inventarisatie en analyse, onuitgegeven thesis, Katholieke Universiteit Leuven, Faculteit letteren en wijsbegeerte, Departement archeologie en kunstwetenschappen.

Auteurs: Elsen, Liedewij
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Modernistische villa [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/305583 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.