erfgoedobject

Villa in regionalistische stijl

bouwkundig element
ID
305608
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/305608

Juridische gevolgen

Beschrijving

De villa werd opgetrokken in regionalistische stijl volgens een bouwaanvraag uit 1955, naar het ontwerp van de Limburgse architect Abdon Petermans. De opdrachtgever was Frans Van Marsenille. J. Abdon Petermans was architect in Jeuk (Gingelom) bij Sint-Truiden en vanaf 1938 briefwisselend lid van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen, in de Afdeling Landschappen. Over zijn oeuvre is ons nog niets bekend.

De contextwaarde van deze villa schuilt in het geheel van opeenvolgende villa’s op grote percelen, in vele gevallen achterin gelegen, die het overgrote deel van de Kardinaal Mercierlaan kenmerken. Deze straat vormde samen met de Jules Vandenbemptlaan en de Koning Leopold III-laan, een geliefde woonplaats voor de welgestelde bewoners van Heverlee, vaak personeel (professoren) verbonden aan de Leuvense universiteit. Grote, vrijstaande villa’s werden opgetrokken in een verscheidenheid aan stijlen. Kenmerkend voor de Kardinaal Mercierlaan zijn de villa’s, gebouwd in de eerste helft van de vorige eeuw, in een eerder regionalistische vormentaal, met invloeden van de cottagestijl en met een eerder versoberde, conservatieve esthetiek.

De villa op een rechthoekige plattegrond bestaat uit twee kelderverdiepingen en twee volwaardige bouwlagen onder een rood pannen zadeldak. De meeste villa’s in de Kardinaal Mercierlaan, gesitueerd op de zuidelijke, hellende flank, zijn gelegen op de verhoogde percelen, verscholen achter een groen scherm van aanplantingen die de Kardinaal Mercierlaan tot een groene dreef maken. De architect A. Petermans maakte gebruik van dit profiel om twee kelderverdiepingen te realiseren en zo de woning in de helling te bouwen. Dit maakt de woning op het niveau van de straat bereikbaar en vergroot tevens de zichtbaarheid vanop deze straat. Voor de integratie van de woning in dit hellende karakter, opteerde de architect ervoor de kelderverdiepingen uit te werken in aardkleurige breuksteen, waardoor deze bouwlagen fungeren als sokkel voor de rest van de woning. Deze breuksteen werd verder eveneens aangewend voor een lage tuinmuur, grenzend aan de Kardinaal Mercierlaan. De twee verdiepingen ingericht als woonvertrekken onderscheiden zich van de twee kelderverdiepingen vanwege de witgeschilderde bakstenen gevels. Kenmerkend voor de woning zijn de drie erg expliciet vormgegeven schouwen en schoorstenen. Ze werden witgeschilderd, maar van breukstenen en een opvallende (huisvormige) bekroning voorzien.

De kelderverdieping op het laagste niveau wordt vanop de straat toegankelijk gemaakt door een garagepoort en deur, gevat in breukstenen omlijstingen en onder een overkoepelende breukstenen ontlastingsboog. De volgens de bouwaanvraag houten garagepoort en deurtoegang werden vervangen door modern schrijnwerk. Deze kelderverdieping omvat een garage, een fietsenberging en een trap naar het volgende kelderniveau. De kelderruimtes op het tweede niveau worden langs de gevel in de Kardinaal Mercierlaan verlicht door kleine vierkante vensters met geometrische, veelkleurige glasramen, voorzien van eenvoudige gekruiste diefijzers.

Een trappenpartij ingewerkt in de groene helling, doorbreekt vanop de oprit op het straatniveau de breukstenen tuinmuur, en leidt tot aan de voordeur op de gelijkvloerse verdieping. De voordeur werd ingewerkt in de noordelijke voorgevel, gericht naar de Kardinaal Mercierlaan. Deze gevel omvat vier traveeën waarvan de twee linkse vooruitspringend zijn en een rondboogdeur omvatten in de zijkant, onzichtbaar vanop de straat. Deze twee traveeën omvatten bijgevolg een vestiaire en hal die in verbinding staan met de trappenhal. Twee kleine, rondboogvensters, aanvankelijk voorzien van een geometrisch, veelkleurig glasraam en luiken, verlichten deze hal. De overige twee traveeën, rechts in deze voorgevel, omvatten twee grotere, rechthoekige vensters, aanvankelijk voorzien van houten schrijnwerk met fijne roedeverdeling en luiken, die de achterliggende woonkamer verlichten. Gelijkaardige vensters kenmerken de verdieping. Achterliggend bevinden zich twee slaapkamers, een badkamer en een derde slaapkamer. Deze voorgevel kent aan de linkerzijde een verlengde in de vorm van een met rondbogen opengewerkte bakstenen muur, bedekt met rode pannen. Deze muur vormt een afscheiding voor de achterliggende tuin, ter hoogte van de oostelijke gevel. Deze zijgevel werd erg gesloten uitgewerkt door middel van een inpandige inkomhal, met een tweede deur. Drie venstertypes doorbreken de gesloten bakstenen puntgevel. Twee verticale bandramen, voorzien van geometrische, veelkleurige glasramen, verlichten de achterliggende trappenhal die zowel de kelderverdieping op het tweede niveau als de eerste verdieping bedient. Een rond glasraam op het gelijkvloers verlicht de toiletruimte, een vierkant venster, volgens de bouwaanvraag met een houten raam met roedeverdelingen, verlicht een slaapkamer op de verdieping. Ook de zuidelijke achtergevel werd opengewerkt door middel van verschillende venstertypes. Afwisselend rechthoekige en vierkante vensters, met eenvoudige ramen zonder roedeverdeling en kleine vierkante glasramen, verlichten op het gelijkvloers de keuken met eethoek en de grotere eetkamer en twee slaapkamers en linnenkamer op de verdieping. De westelijke zijgevel wordt op de gelijkvloerse verdieping gedomineerd door een rechthoekige erker onder een schuin oplopende bedaking. De erker telt verschillende grote vensters, opnieuw voorzien van een geometrisch glasraam. Waar deze erker de verbinding vormt tussen de tuin en de woonkamer, vormt de drieledige deur rechts van de erker, de verbinding tussen de eetkamer en de tuin. Op de verdieping keren drie rechthoekige vensters met houten roedeverdelingen terug, ter verlichting van de slaapkamers op de verdieping. Recent werd een moderne, houten toevoeging gedaan ter hoogte van de voorgevel en werd de westelijke zijgevel op de gelijkvloerse verdieping opengewerkt, ten koste van de erker. 

Het schrijnwerk zoals weergegeven in de bouwaanvraag werd sterk aangepast. De houten luiken werden over de volledige woning verwijderd. De houten ramen met roedeverdelingen werden over de volledige woning vervangen door modern schrijnwerk waarbij de verdelingen achterwege werden gelaten. De kenmerkende, veelkleurige glasramen, steeds in een geometrisch patroon bleven gedeeltelijk bewaard.

  • Stadsarchief Leuven, Modern Archief, dossier 1955/339 (bouwvergunning 19.11.1955).

Auteurs: Elsen, Liedewij
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Villa in regionalistische stijl [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/305608 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.