is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Villa in regionalistische stijl
Deze vaststelling is geldig sinds
De villa in regionalistische stijl werd opgetrokken in 1956 en gebouwd in opdracht van Arthur Libens (1918-2001) uit Sint-Truiden. Het ontwerp voor de woning werd aangeleverd door architect Paul Van Dormael. In deze villa is het teruggrijpen naar een historiserend model van de regionalistische villa te herkennen. Het model van een landelijke hoeve werd hier in een stedelijke context aangewend.
Paul Van Dormael was de zoon van Theo Van Dormael. Vader en zoon waren erg actief in Heverlee zoals onder andere in de Kardinaal Mercierlaan alsook in de achterliggende Jules Vandenbemptlaan. Paul Van Dormael ging in het begin van zijn architectencarrière, veelal in samenwerking met zijn vader Theo Van Dormael, historiserend te werk. Het is opvallend dat hij, na een koerswijziging richting het modernisme, in de jaren 1950 teruggrijpt naar historiserende modellen; het zakelijke modernisme van de jaren 1930 en 1940 werd volledig achterwege gelaten.
Net zoals de overige villa’s gelegen op de zuidelijke flank van de Kardinaal Mercierlaan ligt ook deze villa verhoogd ten opzichte van de weg. De woning is bereikbaar via een onverhard pad, vertrekkend vanop de lager gelegen dreef. Het perceel is ook bereikbaar aan de zuidzijde, via een oprit vanaf de Jules Vandenbemptlaan. Het groene karakter van de dreef zorgt voor een beperkte zichtbaarheid van de woning vanop de Kardinaal Mercierlaan.
De villa telt vier traveeën en twee bouwlagen op een kelderverdieping onder gecombineerde zadeldaken. Een hoofdvolume van drie traveeën op vierkante plattegrond, parallel met de Kardinaal Mercierlaan, richt zich met de voorgevel naar de dreef. Een tweede, rechthoekig volume van één travee breed, staat haaks op het hoofdvolume en bijgevolg ook haaks op de Kardinaal Mercierlaan. Waar het hoofdvolume aansluit op het lagere volume werd door de architect een schilddak aangewend.
De woning wordt gekenmerkt door uitstekende volumes zoals puntgevels, erkers, schoorstenen en dakkapellen in de contrasterende materialen van witgeschilderde gevelsteen en rode dakpannen (zwarte pannen volgens de bouwaanvraag), boven een plint van donkere baksteen. De inkom van de villa is prominent uitgewerkt in de noordwestelijk georiënteerde gevel, gericht naar de Kardinaal Mercierlaan. De rondbogige voordeur met hardstenen omlijsting, zit vervat in een centrale, torenvormig uitgewerkte, gevelhoge erker onder een kegelvormige spits met rode leien. De houten deur met glazen bovenlicht ligt verdiept in deze erker. Op de verdieping is de erker voorzien van een rond balkon met borstwering, bereikbaar vanuit de achterliggende vertrekken. Deze centrale deurtravee wordt geflankeerd door twee onregelmatige venstertraveeën met rechthoekige vensters van verschillende grootten in donkere omlijsting, en sommige voorzien van houten luiken. Elke travee eindigt met een dakkapel onder rode leien bedaking. Aan de linkerzijde wordt de voorgevel afgesloten door de een venstertravee met tuitgevel en schouderstukken. Deze travee wordt geopend door twee grote, rechthoekige vensters, op de verdieping met borstwering en een klein venster in de geveltop.
De zuidoostelijk georiënteerde achtergevel, gericht op de tuin is eveneens onregelmatig en asymmetrisch opgebouwd. Ook deze gevel wordt getypeerd door de risaliterende tuitgevel van het oostelijke haakse volume, op het gelijkvloers geopend door een korfbogige garagepoort met dubbele houten deuren met bovenlicht. Rechthoekige vensters werken de verdieping en de geveltop open. Het hoofdvolume wordt ter hoogte van de achtergevel benadrukt door een grote centrale dakkapel die de twee centrale traveeën omschrijft. Dubbele rechthoekige deuren, geflankeerd door twee vensters geven uit op de tuin, een driedelig venster verbindt ook op de verdieping beide traveeën. De westelijke travee heeft een overdekt terras op het gelijkvloers, opengewerkt met grote korfbogen en fungerend als balkon op de eerste verdieping. Een deurvenster bedient het balkon en eindigt in een kleinere dakkapel op de verdieping.
De zijgevels van de woning zijn eerder gesloten van aard, enkel doorbroken door een beperkt aantal vensters en een dienstingang in de noordoostelijke zijgevel. De zuidwestelijke zijgevel wordt gekenmerkt door een licht vooruitspringende schoorsteenaanzet, voorzien van een anker ter hoogte van de geveltop. Het is onduidelijk of het schrijnwerk van de woning, op de bouwaanvraag weergegeven als wit geschilderd, houten schrijnwerk met een verdeling met kleinhouten, werd vernieuwd. De villa werd volgens archiefdocumenten voorzien van een steen met het jaar 1956 en het kruis van de vrijmetselaars, het is onduidelijk waar deze zich bevindt.
Het is opmerkelijk dat de villa uit 1956 werd voorzien van een dienstencirculatie aangezien deze steeds minder werden voorzien na de Tweede Wereldoorlog. Deze circulatie, werk- en woonvertrekken voor de dienst van de familie Libens situeerde zich volledig in de haaks op het hoofdgebouw gesitueerde zijvleugel. De hoofdvleugel omvat de woonvertrekken voor de familie Libens. Centraal in de onderkelderde hoofdvleugel bevindt zich de toegang tot de woning met achterliggende hal, vestiaire en toilet. De trap naar de kelder en verdiepingen bevindt zich in de linkertravee, parallel met de voorgevel. De brede centrale travee omvat de woonkamer, met dubbele deuren uitgevend op de tuin. In flankerende traveeën bevinden zich parallel de keuken, grenzend aan de dienstenvleugel, en de eetkamer met zaal, volledig in de rechter travee gesitueerd. De drie traveeën van de hoofdbouw geven uit op een terras, overdekt ter hoogte van de rechter travee. De dienstvleugel wordt op de begane grond voornamelijk ingenomen door de garage. De diensteningang geeft uit op een kleine hal met berging en de dienstentrap naar de verdiepingen. De plattegrond houdt zich grotendeels aan op de eerste verdieping. De dienstenvleugel omvat een slaapkamer en woonkamer voor het personeel, ter hoogte van de garage. De hoofdbouw omvat drie slaapkamers ter hoogte van de woonkamer, de eetkamer en de zaal, ter hoogte van de keuken situeert zich de badkamer. Dienstvleugel en hoofdvleugel staan met elkaar in verbinding ter hoogte van overlopen van beide trappen. Van Dormael ontwierp ook de schouwmantel in het interieur.
Auteurs: Elsen, Liedewij
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Heverlee
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Villa in regionalistische stijl [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/305609 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Stad Leuven
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.