De identieke, volgens repeterend schema gekoppelde burgerhuizen zijn gebouwd door schoolhoofd Cl. Mommaerts en René Morren, naar een ontwerp van Alphonse Marchal uit 1937. De eenvoudige bakstenen gevels bezet met cimorné, onderscheiden zich door glas-in-loodramen en smeedwerk in art-decostijl.
Historiek
Op 10 november 1937 wordt door het gemeentebestuur van Heverlee de toestemming gegeven voor het bouwen van twee huizen in de huidige Paul Van Ostaijenlaan. Ze worden opgetrokken naar ontwerp van Alphonse Marchal in opdracht van Cl. Mommaerts, schoolhoofd in Heverlee (nummer 69) en René Morren (nummer 71). Oorspronkelijk gespiegeld ontworpen, werden de woningen bij de uitvoering gekoppeld volgens repeterend schema.
In 1952 wordt in opdracht van René Morren, naar ontwerp van Louis Van Roy, een living met terras aangebouwd tegen de achterzijde van nummer 71.
Beschrijving
De volgens repeterend schema gekoppelde, gelijktijdig opgetrokken burgerhuizen zijn twee identieke rijwoningen van twee bouwlagen en twee traveeën onder pannen zadeldak. De gevels zijn opgebouwd uit platte rode baksteen met een geaccentueerde lintvoeg en hebben een hardstenen plint met klein keldervenster. De smallere rechtertravee is geopend door een verdiepte rechthoekige inkomdeur met art-deco-smeedwerk onder een wit beschilderde, hardstenen waterlijst en een rollaag. Op de verdieping zijn twee smalle rechthoekige vensters met hardstenen lekdrempel gescheiden door een zuiltje bekleed in groene cimorné, een decoratieve cementbepleistering die bestaat uit een kleurrijk glasmengsel van marbriet glas. Onder de lekdrempel is een paneel met groene keramische tegels opgelegd. In de linker travee zijn de twee boven elkaar geplaatste rechthoekige vensters, onder een latei in groene cimorné, gevat in een risaliet. Het venster in de eerste bouwlaag is een guillotineraam met glas-in-loodramen met art-decomotieven in het bovenlicht. Op de verdieping is het raam drieledig. De gevels zijn afgewerkt door een brede lijst in groene cimorné en een sterk uitkragende dakgoot. Het witgeschilderde houten schrijnwerk van de inkomdeur en vensters bleef enkel bewaard in nummer 71. Oorspronkelijk was de volledige beglazing uitgevoerd in glas in lood. In nummer 69 is het volledige schrijnwerk vernieuwd, met herplaatsing van het bovenlicht in glas in lood.
In het interieur is een eenvoudige ruimtedeling doorgevoerd met een smalle traphal achter de inkomdeur en een voor- en achterkamer op beide verdiepen in de linker travee.
- Stadsarchief Leuven, Modern Archief, dossier 1937/372 (bouwvergunning 10.11.1937), dossier 1952/145 (bouwvergunning 20.09.1952).