De langgestrekte hoeve werd kadastraal geregistreerd in 1842 en behoort zo tot de oudste bebouwing langs de Tervuursesteenweg. De hoeve parallel met de straat gebouwd, getuigt van het vroege agrarische verleden van Heverlee (Terbank), dat het landschap buiten de stadsomwalling kenmerkte. De hoeve omvat een woon- en schuurgedeelte onder een zadeldak. De verankerde gevel, de aandaken, de muurvlechtingen ter hoogte van de zijgevels alsook de zandstenen omlijsting van de deur en de keldergaten verwijzen naar de 19de-eeuwse kern van deze hoeve.
Historiek
De hoeve, die een woon- en schuurgedeelte omvat, wordt voor het eerst weergegeven op de kadastrale schetsen in 1842 alsook op de kaart van Popp (1842-1879). Deze hoeve werd opgetrokken langs de Tervuursesteenweg, en in de nabijheid van de ‘Oude Brusselse Poort’ in opdracht van Jan Vanderbiest, landbouwer te Heverlee. In 1892 geeft het kadaster een uitbreiding aan de achterzijde van de woning weer ter hoogte van het schuurgedeelte. Deze uitbreiding is ook vandaag nog aanwezig en wordt mee opgenomen onder het zadeldak van het hoofdgebouw. Gelijktijdig werd de hoeve opgesplitst in twee eenheden. Tegelijk met deze uitbreiding en opdeling werd de hoeve door Petrus Vanderbiest verkocht aan Josephus Godts–Vannerum, hovenier te Heverlee. In 1915 werd door de toenmalige eigenaar, H. Debontridder een bakoven gebouwd op het erf, gelegen achter de woning. Het is onduidelijk of deze bakoven bewaard bleef. In 1931 werden de opdelingen uit 1892 teniet gedaan en is terug sprake van één geheel.
Beschrijving
De langgestrekte hoeve wijkt licht terug van de rooilijn. Een strook historische kasseien vormt de scheiding tussen de hoeve en het later aangelegde voetpad en de straat. De hoeve is opgebouwd uit anderhalve bouwlaag en negen traveeën onder een pannen zadeldak. De met schijnvoegen gecementeerde en verankerde voorgevel is geopend door rechthoekige muuropeningen in de eerste bouwlaag en kleine liggende vensters in de mezzanino. In de eerste vijf traveeën (mogelijk schuurgedeelte) werden de muuropeningen gedicht. Enkel de derde, bredere travee is nog geopend met een dubbele poort onder metalen I-balk.
De laatste vier traveeën zijn in gebruik als woonhuis. De rechthoekige deur met bovenlicht is gevat in een zandstenen omlijsting. Naast de voordeur is een Mariabeeldje tegen de gevel gehangen. Onder de drie vensters van de eerste bouwlaag is telkens een klein rechthoekig keldergat met witte natuurstenen omlijsting zichtbaar. De bakstenen zijgevels zijn uitgewerkt als tuitgevels met aandaken, schouderstukken en vlechtingen. In de oostelijke zijgevel is een kleine muuropening onder segmentboog in de geveltop en een klein venster onder latei en ontlastingsboog ter hoogte van de tweede bouwlaag.
- Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Mutatieschetsen en bijhorende mutatiestaten Leuven, afdeling I (Heverlee), 1842/1, 1892/2, 1931/6.
- Stadsarchief Leuven, Modern Archief, dossier 1915/017 (bouwvergunning 09.03.1915).