is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Dorpswoning
Deze vaststelling is geldig sinds
De dorpswoning met aangebouwde schuur behoort tot de laatste bewaarde laagbouw aan de Tervuursesteenweg, en is representatief voor de oorspronkelijke landelijke bebouwing die deze steenweg kenmerkte aan het einde van de 19de en het begin van de 20ste eeuw. De schuur werd in 1944 tot noodkerk aangepast voor de pas opgerichte parochie van Het Onbevlekt Hart van Maria, vóór de bouw van de parochiekerk Onbevlekt Hart van Maria die eveneens aan de Tervuursesteenweg is gelegen. De spitsboogvensters met ramen met houten roedeverdeling in de voorgevel vormen nog een getuige van deze historische functie.
Reeds op de kaart van Villaret (1745-1748) is langwerpige bebouwing zichtbaar ter hoogte van deze locatie op de Tervuursesteenweg. Het is niet met zekerheid te stellen dat de huidige bebouwing teruggaat op deze periode. De woning met schuur/noodkerk vormt één van de laatst overgebleven laagbouwen die historisch het straatbeeld van de Tervuursesteenweg bepaalden. Het geheel van schuur en woning maakte volgens het kadaster tot 1875 deel uit van een groter geheel parallel aan de straat (ter hoogte van nummer 99 (afgebroken). In 1875 werd het huidige bouwvolume afgesplitst, opgedeeld in twee eenheden en werd parallel aan de woning een volume gebouwd met schuur (vandaag nog aanwezig). In 1944 gaf de familie De Coster, de toenmalige eigenaars van de woning, de schuur in gebruik als noodkerk aan kapelaan De Vadder, verbonden aan de Abdij van Vlierbeek, en aan de rond deze tijd door hem opgerichte parochie Onbevlekt Hart van Maria. Vervolgens werd de schuur voor deze nieuwe functie verbouwd. De werken bestonden uit het verbinden van het volume aan de straatzijde, met het achterliggende volume. Verder werd de voorgevel witgekalkt. De twee blinde vensters en poorttoegang ter hoogte van de rechter travee werden vervangen door een centrale dubbele deur en twee spitsboogvensters aan weerszijden, een verwijzing naar de liturgische functie die het gebouw op dat moment kreeg. Verschillende bouwsporen van deze verbouwing, alsook van eerdere wijzigingen in de gevel zijn nog leesbaar in het bakstenen parement. In 1953 werd de eerste steen gelegd van de huidige kerk van Onbevlekt Hart van Maria, waarna de noodkerk in onbruik geraakte.
De lage dorpswoning onder een pannen zadeldak is vandaag opgedeeld in twee eenheden. De linkse woning omvat de eerste twee traveeën met twee bouwlagen op een hardstenen plint. De eerste bouwlaag heeft een rechthoekig venster met een hardstenen lekdrempel en latei onder een bakstenen ontlastingsboog. Ernaast is een rechthoekige houten stolppoort met hardstenen stolpsteen, onder een latei. De tweede bouwlaag heeft twee segmentboogvensters met een bakstenen rollaag en een hardstenen dorpel. Het rechtergedeelte van het pand werd in 1944 omgebouwd tot noodkerk en heeft sindsdien een centrale segmentboogvormige dubbele deur in hout onder een bakstenen rollaag, geflankeerd door twee spitsboogvensters met een bakstenen omlijsting en een hardstenen lekdrempel. Deze vensters hebben nog de oorspronkelijke houten kleine roedeverdeling. Een I-profiel onder bakstenen ontlastingsboog in de rechtertravee, getuigt van een vroegere, dichtgemetselde, poorttoegang.
Auteurs: Elsen, Liedewij; Peers, Sarah
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Heverlee
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Dorpswoning [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/305703 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Stad Leuven
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.