Goed bewaard burgerhuis met typische cementbekleding uit het einde van de 19de of het begin van de 20ste eeuw, vooraf gegaan door een, vandaag geplaveid, voortuintje met uitgewerkt smeedijzeren hek. De woning werd kadastraal ingetekend als nouvelle construction in 1867 in eigendom van landbouwer Petrus Joannes en Anna Verrycken. In 1885 werd de verkoop geregistreerd door weduwe Seraphinus Callebaut-Van Humbeek, rentenierster, aan brouwer Jan Jozef De Keermaecker-Augustyns.

Onderkelderd breedhuis van vier traveeën en twee bouwlagen onder schilddak (mechanische pannen) met de nok parallel aan de straat. Met schijnvoegen gecementeerde voorgevel, geopend door rechthoekige vensters in een geriemde omlijsting met oren, op de bovenverdieping bekroond door een decoratief uitgewerkt entablement en voorzien van casementen op de borstweringen. De rechthoekige deur is gevat in een eenvoudige hardstenen entablementomlijsting. Met uitzondering van de deur werd het schrijnwerk vernieuwd. Bij de deur bleef ook de decoratief uitgewerkte smeedijzeren beltrekker bewaard. De doorgetrokken lekdrempels, puilijst en het aflijnende hoofdgestel verlenen de gevel een horizontaal accent. Laatstgenoemde bestaat uit een geprofileerde architraaf en een fries met spiegels van elkaar gescheiden door de rijkelijk uitgewerkte consoles die de houten kroonlijst dragen. Rechts latere aanbouw van twee traveeën, waarvan het uitzicht in grote lijnen aansluit bij het hoofdgebouw.