Burgerhuis uit begin 20ste eeuw, met een voortuin afgezet door een verzorgde afsluiting bestaande uit bakstenen pijlers met een betonnen decoratief uitgewerkt hekken en de toegang kreeg een zadeldakje met houten hek. De woning werd kadastraal geregistreerd in 1912 in eigendom van bediende Felicien De Mol. Op het perceel erachter stonden verschillende serres tot in de jaren 2000, het is niet bekend of deze bij de woning hoorden, maar naar alle waarschijnlijkheid kweekte de eigenaar ook druiven.

Onderkelderde bakstenen woning van twee traveeën en twee bouwlagen onder een mansardedak (leien). De lijstgevel is afgezet met een verzorgd uitgewerkte kroonlijst met tandlijst op schoorstukken. De linkertravee is uitgewerkt als risaliet, afgezet met witte natuurstenen hoekblokken. De korfboogvormige muuropeningen kregen een natuurstenen hoek- en sluitsteen en de rollaag is afgezet met witte baksteen; vernieuwd schrijnwerk. De hardstenen lekdrempels lopen deels door over de gevel als kordon en worden gesteund door consoles.