Zogenaamd "De Kazerne", in de volksmond aldus genaamde landelijke eenheidsbebouwing van zes arbeiderswoningen. Gelegen middenin de velden; voorliggende omhaagde tuintjes; achterliggende geplaveide koertjes met twee aan twee gekoppelde nutsgebouwtjes onder zadeldakjes. Zes dubbelhuizen van drie traveeën en één bouwlaag onder doorlopend zadeldak (nok parallel aan de straat, mechanische pannen); vijf dakkapellen met puntgeveltjes, voorzien van muurvlechtingen en aandaken onder meer een bredere te midden. Te dateren begin van de jaren 1920. Beschilderde baksteenbouw. Rechthoekige vensters. Rondboogdeuren. Aangepaste muuropeningen. Aanbouwsels tegen achtergevel.