Het modernistisch hoekhuis bevindt zich ter hoogte van de kruising van de Casinolaan met het Watermolenpad. De woning werd volgens onderzoek van E. Willekens oorspronkelijk gebouwd in de periode 1900-1933 en heropgebouwd ten gevolge van schade in de Tweede Wereldoorlog. Het pand herbergde aanvankelijk een cinemazaal. De woning werd opgetrokken in een uitgesproken modernistische vormentaal. De architect blijft, vanwege het ontbreken van de bouwaanvraag, onbekend. De woning richt zich naar het overliggende pand, Casinolaan nummer 14-16. Beide panden hebben eenzelfde typologie (hoekhuis) en een sterk gelijkende modernistische architectuur. Ze zijn beeldbepalend voor het begin van het Watermolenpad en voor dit deel van de Casinolaan.
Typerend voor de zakelijke architectuur van het modernistische hoekpand is het gebruik van platte, gele en blauwgroene baksteen, de sterke nadruk op de horizontale geleding door middel van de platte daken, de plinten, het metselwerk, de horizontale lijsten en decoraties in hardsteen, alsook door de plastische vormgeving van de verschillende traveeën. Ondanks dat enkele gevelopeningen en het schrijnwerk gedeeltelijk werden gewijzigd, blijft deze kenmerkende vormentaal sterk leesbaar.
Het hoekpand bestaat uit twee bouwlagen en twee (zichtbare) gevels van ongelijke breedte, verbonden door een afgesnuite hoektravee onder een plat dak. De noordgevel is opgebouwd uit vier traveeën, de kortere westgevel langs de Casinolaan uit twee. De eerste bouwlaag is bekleed met bruin en groen geglazuurde bakstenen, verticaal geplaatst en met witte voeg gemetseld. Uiterst links in de noordgevel bevindt zich een smalle deurtravee en in de uiterst rechtse travee van de westgevel werd recent eveneens een deur ingebracht. De overige traveeën zijn op de begane grond voorzien van traveebrede, rechthoekige openingen ingevuld met grote vensterpartijen met oorspronkelijk houten schrijnwerk. Zulk venster werd in de westgevel op een later moment dichtgemetseld met een gele baksteen die ook de verdieping kenmerkt. Deze verdieping werd plastisch opgebouwd uit verspringende muurvlakken met afgeronde hoeken in gele baksteen. De in hoogte verspringende nok werd bekleed met dekstenen. Een doorlopende lijst in hardsteen verbindt de verschillende traveeën op deze bouwlaag. De verdieping wordt verder gekenmerkt door eveneens rechthoekige muuropeningen met vernieuwd schrijnwerk. De twee bouwlagen worden in de gevel visueel van elkaar gescheiden door middel van een doorlopende vloerplaat die ter hoogte van de hoektravee werd uitgewerkt tot een uitkragend en afgerond balkon. Het balkon is toegankelijk via een deuropening met afgeronde dagkanten en is voorzien van eenvoudige, ijzeren borstwering, gedecoreerd met de letters C en M, verwijzend naar de voormalige cinemazaal. Het gebouw was oorspronkelijk één geheel en werd later opgesplitst in twee woonentiteiten.
- Gemeentearchief Herent, Bouwdossiers, 1943, doos 1202, dossier 1/1943.
- Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Mutatieschetsen Leuven, afdeling XV (Herent), 1933/16 en 1937/6.
- WILLEKENS E. 2016: The immovable heritage master plan as a new tool for integrated heritage conservation in Flanders. Case study: Wijgmaal, onuitgegeven verhandeling, Katholieke Universiteit Leuven, Faculteit ingenieurswetenschappen.