is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Ensemble van tien personeelswoningen Remy
Deze vaststelling is geldig sinds
Het geheel van tien gelijkaardige burgerhuizen, steeds met voortuin en per twee gekoppeld werd volgens onderzoek van E. Willekens gebouwd tussen 1907 en 1910 in opdracht van de Remyfabriek. De verlichte industrieel Edouard Remy en zijn opvolgers bouwden naast de stijfselfabriek langs de Vaart ook tal van woningen en gemeenschapsvoorzieningen in Wijgmaal voor de werknemers van de fabriek. Deze tien burgerhuizen werden gebouwd ter huisvesting van de bedienden. Afgezien van de woning te Sint-Hadrianusstraat nummer 28, bleef dit geheel behoorlijk gaaf bewaard en vormt het een uniform straatbeeld.
Remy liet tal van arbeiderswoningen, burgerhuizen en herenhuizen optrekken in de directe omgeving van de fabriek. De typologie van de woningen weerspiegelde de ‘rang’ van de bewoner in de fabriek. Zo werden er woningen gerealiseerd voor arbeiders, bedienden en hogere kaderleden. Een rij woningen, de zogenaamde ‘Armenroot’, op de hoek van de huidige Sint-Hadrianusstraat en de Pastoor Bellonstraat, vormde in 1857 de eerste rij arbeiderswoningen opgetrokken in opdracht van de fabriek Remy voor haar arbeiders. De huidige koppelwoningen werden opgetrokken ter vervanging van deze ‘Armenroot’. Ze kwamen volgens onderzoek van E. Willekens tot stand in twee fasen, namelijk omstreeks 1907-1908 (Pastoor Ballonstraat 2-12) en 1910 (Sint-Hadrianusstraat 2-4, 26-28). Het model van de gekoppelde burgerwoning was nieuw in Wijgmaal en kende vanaf de jaren 1920 veel navolging.
De dubbelwoonsten zijn geschakeld in spiegelbeeldschema. Elke wooneenheid is opgebouwd uit een brede venstertravee van twee tot drie bouwlagen, en een smalle deurtravee van drie bouwlagen hoog. De onderling verspringende niveaus van beide traveeën veruitwendigen de inwendige structuur. De deuren bevinden zich in de centrale traveeën van de koppelwoningen. De volumes zijn hoofdzakelijk afgedekt met gevarieerde dakvormen, bestaande uit uitkragende, eventueel afgewolfde zadeldaken (leien en pannen, grotendeels vernieuwd), waarvan sommige worden verlevendigd door uitgewerkte dakverdiepingen en dakkapellen. Naast het gekoppelde schema wordt ook een duidelijke eenheid in de woningen gebracht door het gebruik van de roodbruine baksteen voor de verschillende gevels. Sommige zijgevels zijn voorzien van in het metselwerk uitgewerkte schoorsteenaanzetten. Het parement wordt gemarkeerd door omlopende, horizontale banden in zwarte, gesinterde baksteen. Blauwe hardsteen wordt gebruikt voor enkele plinten, lekdrempels of als latei.
Per wooneenheid is er variatie in de vorm van de gevelopeningen, hoofdzakelijk een wisselend gebruik van rechthoekige en getoogde muuropeningen. De speelse afwisseling in de uitwerking van de ontlastingsbogen, versterkt deze variatie. Het oorspronkelijke schrijnwerk werd bijna volledig vernieuwd.
De woningen bevinden zich dieperin op de percelen. Oorspronkelijk werden de voortuinen afgescheiden van de openbare weg door middel van een haag, onderbroken door een toegangshek tussen bakstenen pijlers in de as van de deur. Nadien werden deze afsluitingen grotendeels aangepast in een lage bakstenen muur met dito pijlers, verbonden door ijzeren buisleuningen, geopend ter hoogte van de oprit.
Voor de verschillende gekoppelde woningen wordt een klassieke enkelhuisindeling verwacht. Hierbij omvat de deurtravee de inkomhal en trap ter ontsluiting van de verschillende bouwlagen. In de bredere venstertravee bevinden zich de verschillende woon- en slaapvertrekken.
Auteurs: Elsen, Liedewij; Willekens, Edith
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Wijgmaal
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Ensemble van tien personeelswoningen Remy [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/306280 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Stad Leuven
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.