Betonnen militaire constructie, gelegen op een akker net ten noorden van de E19, net ten zuiden van de Laarsebeek, op ongeveer 200 meter ten westen van de meest vooruitgeschoven bunkerlijn.
Historisch overzicht
Duitse bunker, opgetrokken als onderdeel van de 'Nordabschnitt'. Deze Duitse stelling uit de Eerste Wereldoorlog behoorde tot de 'Stellung Antwerpen'. De 'Nordabschnitt' werd meer bepaald in 1917 aangelegd ten noordoosten van Antwerpen, tussen de Schelde stroomafwaarts en het kanaal van Schoten naar Turnhout. De stelling volgde min of meer het tracé van de buitenste fortengordel, gaande van Fort Stabroek, Schans Smoutakker, Fort Ertbrand, via het Mastenbos en Wolvenbos richting Fort Brasschaat, Schans Drijhoek en Fort Schoten, waar de stelling aansloot op de 'Turnhoutkanalstellung'.
De 'Nordabschnitt' bestond uit draadversperringen en een netwerk van loopgraven, waarin de meeste bunkers werden opgetrokken. Achter de voorste verdedigingslijnen werden nog bijkomende artilleriestellingen, mitrailleursteunpunten en commandoposten aangelegd. Net zoals de aanwezige forten en schansen werden enkele Belgische bunkers uit 1914 als verdedigingswerk in de 'Nordabschnitt' ingepast. De meeste bunkers werden opgetrokken volgens standaardontwerpen. Omwille van camouflage werden betonspatten aangebracht op die delen van de bunker, die niet met aarde of gras werden bedekt.
Deze bunker behoort tot het type 'U', wat volgens een legende bij een kaart van de 'Nordabschnitt' zou staan voor 'Unterschlupf für 18 Mann', een onderkomen voor 18 man. In Belgische inventarissen wordt dit type aangeduid met type VI. Het betreft een type bunker met een T-vormige plattegrond, met twee toegangen aan de achterzijde en één binnenruimte.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden de toegangen en andere muuropeningen bij vele bunkers dichtgemetseld, op bevel van de Duitse bezetter.
Beschrijving
Bovengrondse militaire constructie uit gewapend beton. Het beton is gegoten tegen een houten bekisting. De randen van het dak zijn schuin afgewerkt. Op het dak is er nog grasbegroeiing aanwezig, die hoogstwaarschijnlijk werd aangebracht ter camouflage. De constructie heeft een veelhoekig grondplan met een centrale uitsprong aan oostelijke zijde. Aan de westelijke achterzijde zitten twee toegangen, die dichtgemetseld zijn, maar waarvan er één deels is opengebroken. In de achterwand zitten er ook ronde openingen en een verticale gleuf. Via een L-vormige gang en een tweede deuropening kon de binnenruimte langs beide zijden bereikt worden. Tegen het plafond zitten houten planken tussen stalen profielen.
- Koninklijk Legermuseum Brussel, Fonds 185, doos 573: Nordabschnitt. Übersichtsplan, 1:25.000; Stellungsplan. Antwerpen-Nordfront-Turnhoutkanal, 1:40.000; Turnhoutkanal, 1:20.000; doos 952: Nord I, 1. Regimentabschnitt, Bataillonsabschnitt I & II, 1:2500.
- DOSSCHE R., GHEYLE W., BOURGEOIS J., VAN EETVELDE V. & STICHELBAUT B. 2012: Zimmermann anno 2010. Inventarisatie en (omgevings)analyse van bovengronds bewaarde WO I-relicten van de Antwerpen-Turnhoutstellung, Universiteit Gent in opdracht van de Provincie Antwerpen, Dienst Erfgoed.
- GHEYLE W. & BOURGEOIS I. 2013: Vergeten linies. Antwerpse bunkers en loopgraven door de lens van Leutnant Zimmermann (1918), deel 1 en deel 2, Streekgericht 3, Antwerpen.
- GILS R. s.d.: Typeplans Duitse bunkers uit 1917 te Antwerpen, Vesting, Antwerpen.
- GILS R. 2001: Vesting Antwerpen. Deel IV. Bunkers en bunkerstellingen (1914-1945), België onder de wapens 19, Erpe.