Pittoresk hoevetje naar ontwerp van architecten Fernand Petit & Jacques Obozinski (Brussel), uit het begin van de jaren 1920. Wederopbouw teruggaand op de regionale (doorsnee) hoevebouw, zie opstelling: losse, lage bestanddelen U-vormig gegroepeerd rondom een deels verhard erf, toegankelijk via hek ten zuiden; boerenhuis, stalvleugel, dwarsschuur, respectievelijk ten zuidoosten, ten westen en ten zuidwesten; aanplanting: boomgaard, ten zuidoosten; materialen: verankerde donkerrode baksteen; pannen zadeldaken overstekend op houten modillons, bij schuur onderbroken door luifel boven rechthoekige schuurpoort; beluikte houten kozijnconstructies en bakstenen onderdorpels bij boerenhuis; indeling. boerenhuis (erfgevel) van één opkamertravee links en drie traveeën; stalvleugel oorspronkelijk van links naar rechts bestaande uit varkens-, kalf- en koestal en bakhuis; dwarsschuur oorspronkelijk bestaande uit paardenstal, aardappelkelder, schuur en wagenhuis.
Algemeen Rijksarchief, Dienst der Verwoeste Gewesten, 9846.
Bron: DELEPIERE A.-M., HUYS M. & LION M. 1987: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie West-Vlaanderen, Arrondissement Ieper, Kanton Ieper, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 11n1, Brussel - Turnhout. Auteurs: Delepiere, Anne Marie; Lion, Mimi; Huys, Martine Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)