is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Burgerhuis
Deze vaststelling is geldig sinds
Deze burgerwoning in sobere art-decostijl werd in 1929 ontworpen door architect Hubert Louël, die in de Nieuwpoortstraat 6 in Gent woonde. De opdrachtgever was de weduwe van Gaston Scheiris, handelaarster van beroep en wonend in de Kleine Docklaan 21 in Gent.
De keuze van Hubert Louël voor de art-decostijl past volledig bij de gesloten middelhoge interbellumbebouwing die het straatbeeld van de Land Van Waaslaan karakteriseert. In het oeuvre van Louël uit de jaren 1930 zien we ook modernistische burgerwoningen terugkomen, die zowel elementen van de nieuwe zakelijkheid, als van de bootstijl bevatten.
De burgerwoning telt drie bouwlagen onder een zadeldak met de nok parallel met de straat. De lijstgevel is ingedeeld in een smalle deurtravee, met links daarvan een brede venstertravee. Het gevelvlak is opgebouwd uit rood baksteenparement boven een lage plint in blauwe hardsteen en bovenaan afgeboord met een kroonlijst van siermetselwerk onder een houten bakgoot met getande boordplank op gootklossen. De gelijkvloerse bouwlaag wordt benadrukt door het gebruik van verticaal geplaatst rood-bruin geglazuurde bakstenen. In de rechtertravee bevindt zich een rechthoekige deuropening, waarbij het bovenlicht met een uitkragend kalf is afgescheiden. De houten voordeur heeft een grille voor het beglaasde paneel en het bovenlicht is ingedeeld met verticale roeden. Links daarvan zijn twee gekoppelde rechthoekige venster gevat binnen bepleisterde stijlen en latei.
De bovengevel is eenvormig uitgewerkt, met een vlak baksteenparement. De verdiepingen van de deurtravee zijn uitgewerkt als een verdiept gevelvlak waarin zich twee identieke rechthoekige vensters bevinden, elk met bepleisterde sluitsteen. Het onderste venster heeft verticaal geplaatste geglazuurde bakstenen ter versiering van de borstwering, terwijl deze bij het bovenste venster niet geglazuurd zijn. De linkertravee wordt op de eerste verdieping ingenomen door een driezijdige erker op een getrapte console, met drie identieke rechthoekige vensters. De erker is bovenaan afgesloten met een vermoedelijk recente smeedijzeren balustrade, waar zich een beglaasde balkondeur met bepleisterde sluitsteen en met gekoppelde smalle rechthoekige zijlichten. Al het raamschrijnwerk is recent.
De architect geeft de woning een enkelhuisindeling. De voordeur geeft toegang tot de vestibule met achterliggende centrale traphal die alle verdiepingen met elkaar verbindt. Links daarvan staat de eetkamer aan de straatzijde in enfilade met de rookkamer aan de tuinzijde. Achter de traphal is naast de koer een opeenvolging te vinden van een ontbijtkamer, keuken, toilet en wasruimte. Via het tussenbordes van de trappartij is boven de ontbijtkamer een badkamer toegankelijk. Op de verdieping is een ruime perceelsbrede kamer aan de straatzijde ingericht, die waarschijnlijk als salon diende, en een slaapkamer aan de tuinzijde. Op de tweede verdieping geven, naast een slaapkamer aan de tuinzijde, aan de straatzijde nog een slaapkamer en bergruimte uit op een sas naast de traphal. Een verdieping hoger zijn nog twee zolderkamers terug te vinden. Verder is de hele woning onderkelderd.
Auteurs: De Caluwé, Carlo; Janssens, Karolien
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Land van Waaslaan
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Burgerhuis [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/306539 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.