erfgoedobject

Burgerhuis

bouwkundig element
ID
306569
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/306569

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Burgerhuis
    Deze vaststelling is geldig sinds

Beschrijving

De bouwaanvraag voor dit statige burgerhuis in neoclassicisme werd in 1928 ingediend. Opdrachtgever voor de woning was Jules De Canniere, handelaar van beroep en wonende in Sint-Amandsberg in de Meerschstraat 100. De Canniere had een groothandel in wijnen in dezelfde Meerschstraat 139–141. In het bouwdossier wordt geen architect of aannemer vermeld.

De ruime woning valt door haar omvang en bouwstijl op in de straat, die voornamelijk uit gesloten middelhoge interbellumbebouwing bestaat in decoratieve of sobere art deco, of historiserende bouwstijlen. Terwijl het gevelvlak van deze woning bepleisterd is, beschikken de meeste gevels in de straat ook over een bakstenen parement.

De burgerwoning telt drie brede traveeën en twee bouwlagen onder een mansardedak, waarvan de opstand afgewerkt is met leien en de bovenzijde met pannen. Het gevelvlak staat op een blauwe hardstenen plint met ingewerkte lage keldervensters en is volledig bepleisterd, waarbij in de gelijkvloerse verdieping horizontale bossagevoegen getrokken zijn en waarbij horizontale geprofileerde druiplijsten uitgewerkt zijn. De overgang tussen de plint en de bepleistering wordt gemaakt door een doorlopende natuurstenen lekdrempel. Alle gevelopeningen zijn rechthoekig en bevatten houten schrijnwerk. Hoewel het gevelontwerp visueel uit twee delen bestaat, namelijk enerzijds de twee identieke linkertraveeën met lijstgevel en anderzijds de als risaliet uitgewerkte brede venstertravee aan de rechterzijde met klokgevel, heeft de architect per bouwlaag identieke kenmerken meegegeven. Zo bevatten op de gelijkvloerse bouwlaag de borstweringen van de vensters uitspringende vlakken in de plint, zijn de vensteropeningen geflankeerd door gehoekte halfzuilen in de dagkanten en is het kalf van al het schrijnwerk telkens met een tandfries versierd. De vensters op de verdieping zijn telkens in de borstwering versierd met een identiek festoen en bovenaan bekroond door een portiek met tandfries, langs beide zijden ondersteund door voluten. De twee linkertraveeën zijn identiek uitgewerkt, op het voorkomen van een poortopening in de uiterst linkse travee na. Deze bevat een houten dubbele deur onder een vast bovenlicht. Rechts daarvan bevindt zich een venster met guillotineraam. Op de verdieping bevatten desbetreffende traveeën elk een venster met T-raam. In lijn van deze vensters bevinden zich boven de houten bakgoot met klossen en tandfries twee dakvensters met recent schrijnwerk. In het risaliet zijn in de gelijkvloerse verdieping drie gekoppelde vensters uitgewerkt, met een centraal guillotineraam. De eerste verdieping van deze travee wordt ingenomen door een erkerpartij met rechthoekig grondplan, ondersteund door een brede schuine console. In de erker zijn identieke gekoppelde vensters uitgewerkt zoals bij de verdieping daaronder het geval is, maar met recent schrijnwerk. In de klokgevel boven de erker is een venster met recent schrijnwerk te zien, geflankeerd door gehoekte zuilen met Ionische kapitelen in de dagkanten.

De uitzonderlijke perceelsbreedte vertaalt zich ook in de interieurindeling van de woning. Waar bij een conventionele enkelhuisindeling slechts een travee met achterliggende representatieve ruimtes aanwezig is, bevinden zich hier meerdere woonruimtes naast elkaar. De linkertravee wordt over de volledige diepte van de woning ingenomen door een doorrit die de straat verbindt met de achterliggende tuin. De doorrit is zenitaal verlicht ter hoogte van de toegang tot de vestibule, dit wordt mogelijk gemaakt door de ontdubbelde dakstructuur met lichtschacht. De vestibule met trappartij die alle verdiepingen verbindt, bevindt zich centraal in het gebouw, in de tweede travee, en geeft toegang tot alle omliggende ruimtes. In de traphal is een gastentoilet met kleine badkamer voorzien. Aan de straatzijde zit in de tweede travee, voor de centrale traphal, een salon, en in de derde, meest rechtse travee de eetkamer, in enfilade met de familiekamer aan de tuinzijde. De familiekamer geeft uit op een verhoogd terras, dat met een trappartij naar de tuin leidt. Achter de vestibule bevindt zich een smallere en lagere achterbouw met de keuken, die zowel tot de wasplaats als tot de berging toegang geeft. Op de verdieping geeft de traphal uit op drie slaapkamers aan de straatzijde en één aan de tuinzijde. De lichtkoker verlicht zowel de traphal als de naastliggende badkamer. Het bordes van de trappartij geeft toegang tot de bureau aan de tuinzijde met aansluitende naaikamer. De mansardeverdieping bevat drie kamers aan de straatzijde en twee aan de tuinzijde. Via het bordes is nog een zolderruimte bereikbaar aan de tuinzijde. Verder is de volledige woning, op de doorrit na, onderkelderd.

  • Kadasterarchief Oost-Vlaanderen, Mutatieschetsen Gent, afdeling XIX (Sint-Amandsberg), 1929/74.
  • Stadsarchief Gent, Bouwaanvragen Sint-Amandsberg, BA-SA, 1928/2920.

Auteurs: De Caluwé, Carlo; Janssens, Karolien
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Burgerhuis [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/306569 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.