Kosterwoning van het bouwjaar 1909-1910 in neotraditionele stijl. Gebouwd in opdracht van koster Emiel Renders op de locatie van een laat-18de-eeuwse hoeve, die volledig gesloopt werd rond 1947. Renders was koster en kleermaker van de abdij van Averbode.
Historiek
Aan het einde van de 18de eeuw was de gehele omgeving van de huidige Testeltsesteenweg volgens de Ferrariskaart onbebouwd en in gebruik als bos- of landbouwgebied, onderdeel van het gehucht ‘Grooten Haeck’. Vanaf de eerste helft van de 19de eeuw bevindt er zich een vrijstaande woning in de zuidwestelijke hoek van het perceel. Volgens de legger gaat het om het ‘Huis ende Plaets’ van landbouwer ‘den jongen’ Franciscus Crets die ook enkele omringende percelen bezat. De hoeve wordt in 1904 uitgebreid ten noorden.
Een mutatieschets uit 1910 toont een grondige aanpassing aan de hoeve. Het betreft een gedeeltelijke afbraak van het bestaande pand en een nieuwbouw met bijgebouw aan de noordelijke gevel. Op basis hiervan kan geconcludeerd worden dat de huidige kosterwoning in 1909 of 1910 opgetrokken werd. Een mutatieschets van 1954 toont enkele aanpassingen aan zowel het pand als de perceelsgrenzen. De aanbouw in de noordoostelijke hoek en het bijgebouw verdwenen om plaats te maken voor een nieuw rechthoekig vrijstaand bijgebouw op dezelfde locatie. In deze fase verloor het perceel een gedeelte van de tuin aan het achterliggende onbebouwde perceel. De laatst beschikbare mutatieschets van 1982 toont de samenvoeging van percelen; het bijgebouw van anno 1954 werd gesloopt, een nieuw vrijstaand bijgebouw werd ten zuidoosten van het huis opgetrokken.
Beschrijving
Vrijstaande kosterwoning in ruime tuin; voortuin omheind met bewaard betonnen hek. Burgerhuis met dubbelhuisopstand van drie traveeën en twee bouwlagen onder zwart pannen zadeldak. Rode baksteenbouw met decoratieve verwerking van witte baksteen voor de muurbanden en fries. Lijstgevel op gecementeerde plint met keldergaten, afgelijnd met geprofileerde houten kroonlijst. Het centrale deurrisaliet omvat portaal met breukstenen posten en fronton als toevoeging uit het derde kwart 20ste eeuw. Op de eerste verdieping zit een steekboogvormig deurvenster met Frans balkon, de deur met een rollaag in afwisselend rode en wit geglazuurde bakstenen. Hetzelfde type van rollaag werd toegepast boven de vier steekboogvensters in de voorgevel. Het schrijnwerk bleef bewaard.
De zuidwestelijke zijgevel is bedekt met donkere leien. De noordoostelijke zijgevel heeft enkel centraal een rechthoekig venster op de gelijkvloerse en zolderverdieping.
- Algemeen Rijksarchief Brussel, Afdeling Kadaster Primitieve Plannen Vlaams-Brabant, Scherpenheuvel-Zichem - Scherpenheuvel - Sectie A, Percelen van 461 tot 642, 1830-1834.
- Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Mutatieschetsen Scherpenheuvel-Zichem, afdeling I (Scherpenheuvel), 1889/1, 1904/5, 1910/3, 1935/14, 1947/11, 1954/17, 1982/12.
- Atlas Cadastral parcellaire de la Belgique, Philippe-Christian Popp, uitgegeven in 1842-1879, schaal 1:5000.