is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Lemen hoeve
Deze vaststelling is geldig sinds
Hoeve met losse bestanddelen van rond 1920, waarbij het woonhuis opgetrokken werd in leem, met aparte stal van rond 1929-1930.
Gedurende de 18de en 19de eeuw was op de locatie van de huidige hoeve een bos. Volgens de Villaretkaart (1745) was het een onderdeel van het ‘de Beslotendris Bosch’. De Ferrariskaart (1771-1777) toont opnieuw een bebost gebied dat administratief afgebakend is maar nog steeds onbebouwd. Het terrein blijft eveneens onbebouwd op de 19de-eeuwse cartografische bronnen. De legger van de Poppkaart (1842-1879) beschrijft het terrein als een dennenbos, in eigendom van ‘den armen St-Michaël (kerk)’ uit Leuven.
In 1920 kocht Theofiel Thomas een gedeelte van het bestaande bos van de familie Lemmens uit Kortenaken. De bomen werden gekapt voor de bouw van een langgevelhoeve. Het langgerekte volume werd loodrecht op de straat ingeplant. De oostelijke zijde deed dienst als woonhuis, met in het verlengde, in westelijke richting, een aangrenzende stal. Ten noordoosten van het hoofdvolume werd een vrijstaande bakoven gebouwd. In 1927 werd parallel met de straat een volume aangebouwd tegen het woonhuis. De oorspronkelijke aanbouw van het woonhuis langs de straatzijde werd in de jaren 1970 gesloopt en vervangen door een nieuwbouw in rode baksteen met aluminium ramen. Tegelijkertijd werd aan de zuidwestelijke hoek van het woonhuis een varkensstal aangebouwd. De vrijstaande dwarsschuur ten noorden van de hoeve werd opgericht in 1929-1930 en uitgebreid in 1950-1951.
De huidige eigenaar startte rond 2000 met een grondige renovatie van de hoeve. De varkensstal werd eerst gesloopt. Vervolgens werd het stalgedeelte in het verlengde van het woonhuis grotendeels gesloopt en heropgebouwd tot woonhuis, met authentieke materialen en technieken. Het noordelijke oude woongedeelte is nog origineel en onaangetast.
Hoeve bestaande uit een gekasseid erf met woonhuis, loodrecht georiënteerd op de straat en bakhuis ten zuidoosten en een vrijstaand bijgebouw aan de overzijde ten noordwesten. Het binnenerf is toegankelijk vanaf de Zandrodestraat via een zwarte smeedijzeren poort. Het tuingedeelte ten zuiden van het woonhuis van de hoeve is afgesloten door een beukenhaag en bevat een moestuin en enkele hoogstamfruitbomen. Ten westen van de hoeve ligt een weiland dat in gebruik is als schapenwei.
De oostelijke helft van het woonhuis telt drie traveeën en is uitgevoerd in een combinatie van leem en baksteen, gevat onder een pannen zadeldak. Dit deel van de hoeve is mogelijk ouder dan 1920, en werd wellicht dan pas geregistreerd in het kadaster of elders gedemonteerd. De zuidelijke langsgevel heeft drie vensters met mogelijks origineel schrijnwerk. De zijpuntgevel aan de straatzijde toont een kleiner venster met daarboven een gevelbedekking van grijze asbestleien. De lemen gevelbedekking die zichtbaar is in de onderste helft van de gevel is beschadigd en toont eerdere renovatiepogingen. In de vrije travee is een bakstenen plint met een opbouw in leem zichtbaar, en een klein vierkant stalvenster.
Het westelijke deel van het woonhuis is iets hoger, telt drie traveeën, en is gevat onder een pannen zadeldak met een aandak ten westen. Dit gedeelte werd recent heropgebouwd met respect voor het karakter van het pand. De twee westelijke traveeën zijn in zichtbare rode baksteenbouw opgetrokken, de centrale derde travee is voorzien van een witte pleisterlaag, die een heropgebouwde leemlaag verbergt. De zuidelijke langsgevel heeft een getoogd venster met rollaag in elk van de eerste twee traveeën en een houten kruiskozijn in het bepleisterde gedeelte. De langsgevel aan erfzijde heeft in het lemen gedeelte twee kleine houten ramen, eveneens gemaakt in historiserende stijl. In het bakstenen, nieuwe gedeelte bevindt zich een segmentboogvormig venster met rollaag. Het dak omvat twee recente dakvlakvensters langs deze zijde.
Ten oosten, langs de straatzijde, werd in 1927 een vrijstaand bijgebouw verbonden met het woonhuis. Deze aangebouwde wasplaats, parallel met de Zandrodestraat, staat haaks op het woonhuis.
Het bakhuis dat zich ten westen van het woonhuis bevindt werd door de huidige eigenaar samengevoegd met het woonvolume en doet thans dienst als inkomhal. De oven blijft echter functioneel. Het bakhuis is opgetrokken in rode, verankerde baksteenbouw onder een zadeldak met Vlaamse pannen. Rechthoekige muuropeningen onder houten latei. Aan de straatzijde werd in de loop van de 20ste eeuw een klein bouwvolume van één bouwlaag ten noorden aangebouwd het woonhuis
Aan noordzijde van het erf bevindt zich een vrijstaand volume. Deze dwarsschuur is opgetrokken uit rode, verankerde baksteenbouw. Het gebouw telt één bouwlaag en zeven traveeën onder een zadeldak met mechanische pannen. Momenteel doet dit dienst als opslagruimte en atelier. De gevel langs de zijde van de binnenkoer telt twee segmentboogdeuren met vermoedelijk origineel schrijnwerk en twee kleine segmentboogvormige stalvensters. De zijgevel is blind met eenvoudige muurankers terwijl de achtergevel sporen toont van een thans verdwenen poort. De straatgevel van het volume heeft enkel twee kleine vensters in de eerste twee traveeën. In het verlengde van de schuur werd ten westen een garage aangebouwd.
Auteurs: Dirix, Evelien; Goovaerts, Sebastiaan; Cornelissen, Tom
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Kortenaken
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Lemen hoeve [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/306953 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.