erfgoedobject

Burgerhuis

bouwkundig element
ID
307261
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/307261

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Burgerhuis
    Deze vaststelling is geldig sinds

Beschrijving

Dit burgerhuis in eclectische stijl met neoclassicistische gevelindeling en -afwerking, voorzien van decoratieve elementen in stucwerk in art-nouveaustijl, werd in 1907 ontworpen door architect Urbain Crommen in opdracht van ondernemer Camiel Focquet-Fassart. Focquet-Fassart bezat een aannemersbedrijf dat gevestigd was in Sint-Amandsberg en waar in 1903 wel 55 mensen werkten. Het bedrijf bouwde verschillende panden in de wijk, waaronder woningen in de Aannemersstraat (nummers 16, 36, 58-60, 72 en 74) en de Scheldestraat (nummers 14-28).

Urbain Crommen ontwierp voor het aannemersbedrijf ook de woning in de Scheldestraat nummers 107-113. Verder stond Crommen in de wijk in voor verschillende ontwerpen buiten het aannemersbedrijf om. Voorbeelden hiervan bevinden zich in de Bouwmeestersstraat (nummers 19-21, 31 en 57) en in de Scheldestraat (nummers 56-58 en 95). Deze woningen, alle tussen 1906 en 1909 gebouwd, worden gekenmerkt door de uitgewerkte detaillering van de decoratieve elementen in de gevel. Het oeuvre van Urbain Crommen bevat hoofdzakelijk decoratieve eclectische woningen met verwijzingen naar de art-nouveaustijl. In deze wijk overheersen de ontwerpen die getuigen van een overgangsfase, waarbij nog vastgehouden wordt aan de traditionele gevelindeling maar tegelijkertijd al geëxperimenteerd wordt met decoratieve elementen uit de art nouveau. Van zijn hand is verder ook het ontwerp uit 1909 voor zijn eigen woning in de Prinses Clementinalaan nummer 20 in Gent. Na dit project kreeg hij een aantal belangrijke opdrachten, waaronder de statige burgerhuizen in de Tentoonstellingslaan in Gent (nummers 34 en 95).

Dit gedeelte van de Bouwmeestersstraat wordt gekenmerkt door het contrast tussen de even straatzijde met panden in 20ste-eeuwse baksteenarchitectuur en de oneven zijde met heterogene, aaneengesloten bebouwing van middelhoge rijwoningen uit het eerste kwart van de twintigste eeuw, veelal met bepleisterde gevelvlakken en uitkragende gevelelementen. Nummer 29 past inzake materiaalgebruik, stijl en volumetrie goed in deze straatwand. De gelijkenissen qua geveldecoratie met de woning op nummer 31, eveneens van Crommen, zijn frappant.

De rijwoning met souterrain telt drie bouwlagen onder een mank pannen zadeldak met de nok parallel aan de straat. De bepleisterde lijstgevel met lage, hardstenen plint telt twee ongelijke traveeën en wordt bovenaan afgelijnd door een recente kroonlijst. Hardstenen cordons, een geprofileerde waterlijst en gegroepeerde parallelle banden zorgen voor horizontale accenten. De gevelopeningen zijn rechthoekig, op het rondboogvormige bel-etagevenster na en zijn versierd met uiteenlopende, overwegend geometrische motieven in een sobere art-nouveaustijl.

In de linkertravee bevindt zich boven een vierkant souterrainvenster een deurvenster ter hoogte van de bel-etage, afgeschermd door een gebombeerde, gietijzeren balustrade. In de rechtertravee geeft een hardstenen trede uit op een houten voordeur met deurrooster, onder een bovenlicht met reliëfglas en geometrische roedeverdeling. Daarboven wordt de achterliggende inkomhal verlicht door een rechthoekig venster. De eerste verdieping wordt verlicht door een breed venster aan de linkerzijde en een smaller venster rechts daarvan. De penanten zijn versierd met rozetten. Op de tweede verdieping is een drielicht aanwezig in de linkertravee met houten tussenstijlen. Rechts daarvan is een enkelvoudig venster aanwezig. Op het bovenlicht van de deur na, is al het vensterschrijnwerk recent.

Volgens de bouwplannen gaf de ontwerper de woning een conventionele enkelhuisindeling mee. De voordeur geeft toegang tot de inkomhal, waar twee steektrappen leiden naar het souterrain en het bel-etageniveau. De linkerzijde van het souterrain wordt ingenomen door een eetplaats aan de straatzijde, die in verbinding staat met de keuken. Achter de keuken bevindt zich nog een koer (‘plankier’ volgens de plannen), die uitgeeft op de tuin. Achter de diensttrap aan de rechterzijde van het souterrain is een smallere lage aanbouw aanwezig waarin een schotelhuis en toilet ingericht zijn. Op de bel-etage wordt de linkerzijde ingenomen door twee even grote salons die met elkaar in verbinding staan. De volledige rechterzijde wordt ingenomen door de traphal, waarbij het trapbordes toegang geeft tot een bureauruimte in de achterbouw. Van de bovenverdiepingen zijn geen bouwplannen beschikbaar, er kan van uitgegaan worden dat hier de slaapkamers ingericht zijn. Verder is de woning deels onderkelderd.

  • Stadsarchief Gent, Bouwaanvragen Sint-Amandsberg, BA-SA, 1907-0058.
  • BAECK M. & DEROM S. 2012: Tegels in gevels Gent, Fiets en wandelparcours, Gent, 8-9.

Auteurs: De Caluwé, Carlo; Janssens, Karolien
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Burgerhuis [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/307261 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.