Dit burgerhuis in neoclassicistische stijl werd gebouwd volgens een bouwdossier uit 1880. Opdrachtgever was Johannes Katz, die toen in de Koningstraat 5 woonde. Katz had in 1874 en 1875 ook de bouwaanvragen ingediend voor de panden op nummer 16 en 18, naar ontwerp van architect Jules De Somme. Er zijn geen aanwijzingen dat de woning op nummer 22 ook een ontwerp van De Somme zou zijn. De woning heeft dezelfde vormgeving als de rechts aansluitende, verbouwde woning op nummer 20, hoewel deze niet in dezelfde bouwaanvraag werd behandeld.
De neoclassicistische burgerwoning behoort tot de laat-19de-eeuwse neoclassicistische basisbebouwing van de straat. De rijwoning telt drie bouwlagen en drie traveeën onder een pannen zadeldak met de nok parallel aan de straat. De bepleisterde en beschilderde lijstgevel staat op een lage hardstenen plint met twee betraliede keldervensters en wordt bovenaan afgelijnd door een geprofileerde houten kroonlijst. Horizontale accenten worden gelegd door imitatiebanden op de gelijkvloerse verdieping, hardstenen cordons en waterlijsten. Het gevelvlak is ingedeeld in drie gelijke traveeën met segmentbogige gevelopeningen, op de verdiepingen in geprofileerde omlijstingen. Deurtravee rechts, deur met twee hardstenen treden naast een gietijzeren voetschraper, bewaard houten schrijnwerk, glas in lood in het bovenlicht. Nadruk op de centrale travee, met op de eerste verdieping een balkon met smeedijzeren balustrade gedragen door twee gedecoreerde voluutconsoles en op de bovenverdieping een vensterdeur met smeedijzeren balustrade. Vensters in de uiterste traveeën op de eerste verdieping met casement in de borstwering. Al het vensterschrijnwerk werd vernieuwd.
De ontwerper gaf de woning volgens de bouwplannen een conventionele enkelhuisindeling mee. Via de voordeur betreedt men de inkomhal met traphal. Achter de traphal is naast de koer een smallere aanbouw aanwezig waarin zich vermoedelijk de keuken en bergruimte bevinden. De brede venstertravee links wordt ingenomen door een voorkamer die in verbinding staat met een achterkamer, vermoedelijk de representatieve salon en eetkamer. Van de bovenliggende verdiepingen zijn geen bouwplannen beschikbaar, er kan van uitgegaan worden dat zich hier de slaapkamers bevinden. Verder is de woning volledig onderkelderd.
- Stadsarchief Gent, Bouwaanvragen van particuliere woningen, G12, 1880/B/26.