Hoekpand bij de Guldenspoorstraat in neoclassicistische stijl, volgens de bouwvergunning gebouwd in 1868. Oorspronkelijk ontworpen en gebouwd als ensemble met de ondertussen gesloopte en verbouwde woningen nummers 34 en 36-38. Nummer 32 en nummer 34 waren van elkaar gescheiden door een lage omheiningsmuur met toegangspoort. De opdrachtgever was Pieter-Benedikt De Tender, die in de Hofstraat 20 woonde.
Dit gedeelte van de Hofstraat en Guldenspoorstraat wordt gekarakteriseerd door een heterogene aaneengesloten bebouwing waarbij zowel baksteenarchitectuur als bepleisterde neoclassicistische gevelpartijen veel voorkomen. Nummer 32 heeft als hoekgebouw een beeldbepalende positie in de straat.
Het hoekhuis sluit langs de Guldenspoorstraat aan bij de gesloten rijbebouwing en is met zijn gevel langs de Hofstraat vrijstaand.
De woning is twee en een halve bouwlaag hoog onder afgewolfd pannen zadeldak en vier traveeën breed aan de Hofstraat en twee traveeën breed aan de Guldenspoorstraat. De bepleisterde en geschilderde lijstgevels staan op een hardstenen plint, waarin per travee telkens een keldervenster uitgewerkt is, en zijn bovenaan afgelijnd met een houten kroonlijst met tandlijst. Horizontale accenten worden gelegd door hardstenen cordons op de bovenverdiepingen. De gevels zijn opengewerkt met rechthoekige muuropeningen, voorzien van hardstenen onderdorpels en vernieuwd vensterschrijnwerk naar historisch model.
Meer uitgewerkte gevel aan de Guldenspoorstraat met sterk symmetrisch vormgeving. De verhoogde begane grond is verlevendigd met imitatiebanden en telt twee identieke vensters met hardstenen dorpel, waarbij de gietijzeren luikstoppen bewaard zijn. Op de eerste verdieping vensters met geprofileerde omlijsting voorzien van twee pseudo-balkons met smeedijzeren balustrade aangebracht voor de gesloten borstwering en geplaatst op gedecoreerde consoles. De zolderverdieping wordt verlicht door twee lage vensters.
De gevel langs de Hofstraat is op één travee na volledig blind uitgewerkt en voorzien van schijnvensters die zorgen voor de gevelritmering. In de tweede travee van links is de recente voordeur bereikbaar via drie hardstenen treden. Daarboven is in elke verdieping telkens een venster uitgewerkt.
Van de interieurindeling zijn geen bouwplannen beschikbaar.
- Kadasterarchief Oost-Vlaanderen, Mutatieschetsen Gent, afdeling IV (Gent), 1869/17.
- Stadsarchief Gent, Bouwaanvragen particuliere woningen, G12, 1868/10985.