Dit ruime burgerhuis in modernistische stijl werd in 1935 ontworpen door architect Adrien Bressers. De architect voorzag op de tweede verdieping logeerkamers en een kamer voor dienstpersoneel, wat opmerkelijk is in het interbellum. De opdrachtgever was ingenieur Fernand Van Oudenhove (Zottegem, 1899-Erwetegem, 1986) en zijn echtgenote Marie-Jeanne Bressers (Gent, 1900-Aalter, 1979), die toen in de Statiestraat 9 in Zottegem woonden. Marie-Jeanne Bressers was de zus van Adrien Bressers. Bressers maakte ook het ontwerp voor de haast identieke, naastgelegen, woning op nummer 23 in opdracht van hun vader, de kunst- en decoratieschilder Léon Bressers (1865-1947).

Het ontwerp van de architect past volledig in het straatbeeld van de Jakob Heremansstraat, dat gedomineerd wordt door interbellumarchitectuur met baksteenparement. Adrien Bressers kennen we voornamelijk van zijn indrukwekkend oeuvre van nieuwbouwkerken in Oost-Vlaanderen, maar ook tekende hij de ontwerpen van enkele burgerwoningen en was hij betrokken bij de sociale woningbouw. Tot voor zover gekend vertonen de ontwerpen van de architect voor burgerwoningen vooral elementen uit de romantisch-kubistische stijl (Sint-Denijslaan 42) en realiseerde hij daarnaast ontwerpen in een versoberde traditionalistische baksteenarchitectuur (Achilles Musschestraat 45).

De rijwoning telt drie bouwlagen onder een plat dak. De lijstgevel staat op een lage hardstenen plint en wordt bovenaan afgelijnd met dekstenen. Alle gevelopeningen zijn rechthoekig, op de rondbogige voordeur na.  De gelijkvloerse verdieping vormt met zijn witstenen bekleding visueel de sokkel voor de bovenliggende verdiepingen in bruin baksteenparement met verdiepte lintvoegen. Centraal leiden naast een verdwenen voetschraper in de plint twee hardstenen treden naar een houten deur met deurrooster. Links daarvan is een rechthoekige houten poort met deurroosters uitgewerkt. In de rechtertravee wordt de gelijkvloerse verdieping verlicht door een venster met vernieuwd schrijnwerk. Alle gelijkvloerse gevelopeningen hebben afgeronde dagkanthoeken. De bovengevel bestaat uit een brede driezijdige erker, doorlopend over beide verdiepingen. De drie zijden zijn opengewerkt met gekoppelde vensters met bepleisterde tussenstijlen en onder bepleisterde latei. Het vensterschrijnwerk is vernieuwd, de bewaarde poort en voordeur zijn anders uitgevoerd als op de bouwplannen voorzien.

De ontwerper gaf volgens de bouwplannen de ruime woning een enkelhuisindeling mee. De poort in de linkertravee geeft hierbij uit op de garage. Via de centrale voordeur betreedt men de vestibule die uitgeeft op de ruime traphal met zithoek langs de straatzijde en toilet. Achter de traphal staat de eetkamer in verbinding met een veranda die uitgeeft op een verhoogd terras met tuintrap. De linkerzijde wordt ingenomen door een keuken die uitgeeft op een bijkeuken. Op de eerste verdieping geeft de traphal uit op een gevelbrede salon langs de straatzijde, een badkamer en twee slaapkamers langs de tuinzijde. De tweede verdieping is identiek ingedeeld, met uitzondering van de inrichting van de opdeling van de voorkamer tot twee logeerkamers. De achterkamers zijn voorbehouden voor personeel, waaronder een kamer voor de dienstbode, en boven de badkamer is een bergruimte aanwezig. Verder is de woning volledig onderkelderd.