Zeedijk uit 1626, 1723 en 1737, die de Gauwelozekreek aan de oostzijde bedijkt. De Gauwelozekreek is begin van de 19de eeuw grotendeels gedempt of gekanaliseerd, maar de dijk is in het landschap blijven liggen.
In de 17de-18de eeuw stond dit gebied ten zuiden van Oostende nog helemaal onder invloed van de getijdenwerking uit zee. Of beter gezegd, opnieuw onder invloed van de getijdenwerking, nadat de kust grotendeels al van in de middeleeuwen ingedijkt was. En dat had alles te maken met de Tachtigjarige oorlog en de opstand van protestantse gelovigen tegen het katholieke gezag in de Nederlanden. In een poging hun posities tegen de gezagsgetrouwe troepen te consolideren, staken de protestantse opstandelingen in 1601-1604 tijdens het beleg van Oostende de duinen door, waardoor de zee tot diep in het binnenland kon vloeien. Het water spoelde de landbouwgronden weg en schuurde geulen uit, waaronder de Gauwelozekreek, de Zoutekreek en de Sluiskreek. Maar de lokale bevolking (georganiseerd in wateringen of ambachten) begonnen het gebied opnieuw in te dijken. Zij damden de kreken af, waardoor die niet langer onder invloed van de getijdenwerking stonden. Enkele opeenvolgende pogingen tot dijkaanleg toonden aan dat de bedijking niet van een leien dakje verliep. De dijk lag op de grens tussen twee historische wateringen, met name het Kamerlingsambacht en ’s Heer Woutermansambacht.
Het noordelijke gedeelte van de dijk is het oudst (1626). Ten zuiden van de Grintweg had men meer moeite om het gebied in te dijken. Een oude dijk nauw aansluitend bij de Gauwelozekreek brak in 1723 door, nog zuidelijker was er een in 1660 weggespoeld. Zij werden vervangen door de huidige dijk die in 1737 tot stand kwam. De sluis ten noorden van de Sluiskreek, Blauwe sluis genaamd, zorgde voor de afwatering van de Zandvoordepolder naar Gauwelozekreek en dateerde eveneens van 1737.
Ter hoogte van de Zoutekreek vertoont het dijkprofiel een hoogteverschil van ruim 2m. Op een ongebruikt dijklichaam (enkel bereikbaar via een pad langs de Grintweg) is het hoogteverschil kleiner: 1 tot 1,3m. Deze hoogte is waarschijnlijk meer representatief voor de historische dijk. Het zuidelijke gedeelte van de historische dijk op grondgebied Oudenburg wordt nu nog verbeeld door de Schorredijk-straat, maar het dijkprofiel is er iets meer vervaagd.
In het algemeen is de dijk goed herkenbaar in het landschap. Hij vormt de scheiding tussen twee zeer verschillende inpolderingen: een organisch vorm gegeven inpoldering ten oosten van de dijk tussen de kreken uit de 17de eeuw en de latere zeer rationele inpoldering in blokken en stroken percelering uit het begin van de 19de eeuw ten westen van de dijk. Op de kruin van de dijk ligt een (nu geasfalteerde) weg. Oorspronkelijk was deze weg niet verhard. Het gebruik van dijken als weg was zeer algemeen. Ze gaven gemakkelijk toegang tot een nat gebied en mensen hielden er hun voeten droog.
Auteurs: Verboven, Hilde
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Oostends Krekengebied met Sluiskreek, Zoutekreek en Grote Keignaertkreek
Is deel van
Oudenburg
Is deel van
Zandvoorde
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Legaardsdijk Gouwelozekreek [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/307519 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.