erfgoedobject

Dokterswoning in beaux-artsstijl

bouwkundig element
ID
307612
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/307612

Beschrijving

Dokterswoning in beaux-artsstijl eind 1927 ontworpen door H. Franck en Zoon, en opgetrokken vanaf 12 maart 1928. Opdrachtgever was de arts E.L.L. Van Raemdonck, die op het moment van de bouwaanvraag op Strijdhoflaan 23 in Berchem gedomicilieerd was, maar het pand slechts enkele jaren zou betrekken.

Over het leven en het werk van de bouwmeesters Henri Franck en zijn zoon Leopold Franck, is tot dusver weinig bekend. Actief vanaf het begin van de jaren 1920, was hun bureau op het moment van de bouw van de woning gevestigd op Elisabethlaan 109 in Berchem. Vader en zoon Franck promootten zich ook als gezworen landmeters en hypotheekverstrekkers voor het bouwen van woningen. De woning Van Raemdonck sluit qua stijl en vormgeving aan bij de reeds gekende ontwerpen uit het oeuvre van H. Franck en Zoon, dat voornamelijk uit stadsvilla's en burgerhuizen bestaat, waarvan verschillende in Berchem. Vader en zoon Franck beoefenden zeer uiteenlopende stijlen, gaande van beaux-arts en art deco tot cottagestijl en het eclecticisme. Ook de woningen Koninklijkelaan 9, 49 en 73 werden ontworpen door H. Franck en Zoon evenals de woningen op nummers 20, 40 en 74. Dat het architectenduo in deze periode zo veel opdrachten van kapitaalkrachtige bouwheren wist te verkrijgen in de wijk, duidt op een gevestigde reputatie in de betere kringen.

De woning beantwoordt aan de typologie die de architectuur van de Koninklijkelaan kenmerkt. Het gaat om een bebouwing van overwegend burgerhuizen uit de jaren 1920 en 1930. Zoals de bouwvoorschriften opleggen, zijn de voortuintjes telkens afgesloten door een ijzeren hekwerk. Het originele hekwerk uit smeedijzer, gevat tussen hardstenen posten bleef hier afgezien van de poortjes bewaard. De woning voegt zich naadloos in het straatbeeld van de Koninklijkelaan, en vormt een pendant met het buurpand door H. Franck en Zoon op nummer 74. Beide onderscheiden zich van elkaar door parementen uit baksteenmetselwerk en natuursteen. De woning toont qua stijl en ornament gelijkenissen met een aantal andere woningen in het straatbeeld, wat getuigt van de populariteit van de beaux-artsstijl omstreeks de jaren 1930. Desalniettemin zijn er diverse verschillen terug te vinden in gevelopbouw en materiaalgebruik van deze woningen, wat tezelfdertijd de verscheidenheid van de stijl aantoont.

De onderkelderde rijwoning met een gevelbreedte van twee ongelijke traveeën bestaat uit drie bouwlagen onder een leien pseudo-mansarde. De lijstgevel heeft een parament uit witte natuursteen op een plint uit blauwe hardsteen, en wordt nadrukkelijk horizontaal geleed door geprofileerde waterlijsten en cordonvormende lekdrempels. Asymmetrisch van opzet, legt de compositie de klemtoon op het brede zijrisaliet in de rechtertravee, gemarkeerd door ingediepte pilasters. Dit wordt op de bel-etage benadrukt door een driezijdige erker met chutes en bewerkte basis, bekroond door een natuurstenen balustrade die is doorgetrokken over de volledige gevelbreedte. Naar analogie met de klassieke gevelgeleding van de bel-etagewoning, is het gedrukte onderste register geopend door de inkomdeur met zijlicht en de garagepoort, alle korfbogig, met geprofileerde dagkanten, sluitstenen en decoratief smeedijzeren schrijn- en traliewerk. De twee hoofdverdiepingen zijn achtereenvolgens opengewerkt door middel van korf- en steekboogvensters. Deze zijn op de bel-etage gevat in rechthoekige spaarvelden met individuele lekdrempels en onderdorpels, en verrijkt met geprofileerde dagkanten, rolwerkcartouches als sluitsteen en in de zwikken en smeedijzeren leuningen. Op de tweede verdieping zijn de vensters gevat in een geriemde omlijsting met oren, drop, neuten, een festoen en bewerkte sluitsteen. De gevelbeëindiging vormt een klassiek hoofdgestel, samengesteld uit een gelede architraaf, een fries met panelen en een gekorniste houten kroonlijst op klossen. Twee houten dakkapellen met klauwstukken, oren en een doorgetrokken, gestrekte waterlijst, waarin een steekboogvenster met diamantkopsleutel. Het vensterschrijnwerk is vernieuwd naar het oorspronkelijke model met gebogen middenkalf, echter zonder de kleine roedeverdeling in het bovenlicht. Naast de toegangsdeur bleef een voetschrapertje behouden.

De plattegrond is georganiseerd rond de ruime, centraal ingeplante traphal met bovenlicht, ontdubbeld door de diensttrap. Zoals gebruikelijk voor de bel-etagewoning zijn op de gelijkvloerse verdieping voornamelijk dienstfuncties terug te vinden. Ze omvatten een zijdelings ingeplante inkom met wachtkamer links van de garage, een “bibliotheek” (spreekkamer) annex “laboratorium” naast de traphal, en de keuken met 'monte-plats' in de achterbouw. Op de bel-etage nemen de rookkamer en eetkamer de straatzijde in, met aansluitend een suite van salon en veranda met bovenlicht, uitgevend op een met glas overdekt terras aan de tuinzijde, en geflankeerd door een studiekamer in de achterbouw. Op de tweede verdieping bevinden zich drie slaapkamers waarvan één met terras, en een ruime badkamer. Tussen de hoofd- en diensttrap is op de drie verdiepingen een wc voorzien. De mansardeverdieping omvat drie overige slaapkamers, een ‘lavabo’ en kleine zolder.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 961#9326 en 1275#2576.

Auteurs: Kint, Elisa
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Dokterswoning in beaux-artsstijl [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/307612 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Stad Antwerpen

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.