Architect Piet Cassiman ontwierp deze woning met 10 studentenkamers in 1961 voor de de heer Jozef Meulebrouck – Decambray. Het bood onderdak aan een gezin en 10 inwonende studenten. Deze modernistische woning werd gebouwd op de hoek van de Wilderoosstraat en de Sint-Crispijnstraat. De straatwand van de Wilderoosstraat wordt gekenmerkt door zijgevels en tuinmuren van woningen langsheen Onderbergen, enkele 17de-eeuwse trapgevels en 18de- en 19de-eeuwse lijstgevels. De modernistische hoekwoning is zowel naar stijl, schaal, materiaalgebruik, gabarit en dakconstructie sterk afwijkend van de andere constructies aan deze zijde van de straat.

De hoekwoning Erasmus telt vier bouwlagen onder plat dak en is twee traveeën breed in de Wilderoosstraat en drie traveeën breed in de Sint-Crispijnstraat. Het is een functioneel modernistisch gebouw in bruin baksteenparement (bronskleurig volgens bouwaanvraag) in halfsteens verband op een licht inspringende gefrijnde hardstenen plint en bekroond door een gladbetonnen band waarboven een fijne  dakrand. Bijna op de hoek, tussen de eerste en tweede bouwlaag een beeldhouwwerk met de voorstelling van een beschermende Onze-Lieve-Vrouw met kind van Lionel Holvoet. De gevel van de Wilderoosstraat heeft links en rechts een blinde muurzone die een halve steen vooruitspringt waartussen een dieper liggende gevelvlak waarin de vensters en een portaal werden uitgewerkt. Op de begane grond werd deze zone, onder een hardstenen latei, zeer plastisch vormgegeven door een venster met een glasal borstwering en recenter witkleurig schrijnwerk. Rechts daarvan een muurdam waarop een in rood en grijstinten gekleurde sgraffito met een eerder swingende antropomorfe voorstelling, wellicht refererend naar Desiderius Erasmus, door Lionel Holvoet. Rechts daarvan is er een inspringend portaal waarachter zich een houten inkomdeur en een expressief uitgewerkte raam bevindt. Links in het portaal een glasraam naar ontwerp van Lionel Holvoet met de voorstelling van een figuur met aureool tussen flessen en kruiken, mogelijks de verwijzing naar Christus die water in wijn verandert. Rechts in het portaal is een toegang tot een kleine berging. De drie overige verdiepingen zijn identiek vormgegeven met telkens twee vensters waartussen een muurdam in wit geglazuurde baksteen in strekkenverband onder een latei van baksteen met halfsteense rollaag. De oorspronkelijke ramen zijn recent vervangen. De gevel in de Sint-Crispijnstraat telt drie traveeën en werd uitgewerkt zoals de verdiepingen langs de Wilderoosstraat.

Het oorspronkelijke interieur toont een bijzondere typologie, namelijk het studentenhuis dat zich in de woning van een gezin bevindt waarbij de “kotmadam” instond voor de inwonende studenten. Het programma bestaat dan ook uit een kelder met nutsruimtes, een gelijkvloerse verdieping met eetkamer, keuken en living, twee identieke verdiepingen met  telkens vijf studentenkamers met lavabo en een douchecel en toilet voor gemeenschappelijk gebruik en een derde verdieping met slaapkamers en badkamer voor het gastgezin.

De huidige indeling van de woning is niet gekend.