19de-eeuwse hoeve waarvan boerenhuis en aanleunende stal afgebrand in 1911, waarna heropgebouwd, vermoedelijk op behouden fundamenten. Losse, L-vormige opstelling van de hoevegebouwen rondom een geasfalteerd erf met putvaalt voor de stal; laatst genoemde afgezoomd met een kasseien, het boerenhuis met een plaveien pad.
Ten zuiden, geasfalteerde erfoprit over de Kemmelbeek. Ten noorden van het erf, boerenhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (mechanische pannen). Dubbelhuisopstand. Donkere baksteenbouw met gebruik van gele baksteen voor horizontale banden en pseudo-druiplijsten; gecementeerde plint. Aflijnende overhoekse muizentand. Getoogde muuropeningen onder strekse latei en pseudo-druiplijst: beluikte benedenvensters; deur met bovenlicht. Arduinen lekdrempels en aantrede. Recente garage onder lessenaarsdak tegen rechter zijgevel. Beraapte linker zijgevel met oculus in de top. Links aanleunende stalvleugel van acht traveeën en één bouwlaag onder zadeldak (mechanische pannen) met overstekende rand doorbroken door twee dakvensters voorzien van een puntgeveltje met muurvlechtingen. Analoog materiaalgebruik en muuropeningen als het boerenhuis.
Ten westen, 19de-eeuwse dwarsschuur, met circa 1911 vernieuwd parement en bedaking, omvattend links gelegen tweedelig wagenhuis, een dorsvloer en een rechts gelegen stalgedeelte. Verankerde baksteenbouw. Wagenhuisopening met houten hek onder houten latei; houten schuifpoort met "deurtje" ter hoogte van de schuur; rechthoekige staldeuren onder houten latei. Behouden linker zijgevel met Jaartal 1823 in gele bakstenen opgenomen in het metselverband; vernieuwde top. Ten noorden van boerenhuis, voormalig bak- en melkhuisje van circa 1911, in aansluitende bouwtrant als en loodrecht op het boerenhuis, en 19de-eeuwse hopast - thans stal - onder zadeldak (Vlaamse pannen, nokrichting parallel aan het huis). Betonnen tabaksast ten noordwesten.