Burgerhuis in neoclassicistische stijl gebouwd in opdracht van de heer J. Craen, naar een ontwerp door Adolphus Kockerols uit 1897. Van deze architect, aannemer en beeldhouwer zijn in Antwerpen bouwprojecten geïdentificeerd vanaf 1870 tot omstreeks 1900. Hij realiseerde in hetzelfde jaar ook de links aanpalende woning Denies.

Met een gevelbreedte van twee ongelijke traveeën omvat de rijwoning drie bouwlagen onder een zadeldak (nok parallel aan de straat, pannen). De bepleisterde en beschilderde lijstgevel, met schijnvoegen op de eerste en derde bouwlaag, rust op een hoge, geprofileerde plint uit blauwe hardsteen. Asymmetrisch van opzet en nadrukkelijk horizontaal geleed door waterlijsten en cordonvormende lekdrempels, legt de compositie de klemtoon op het brede zijrisaliet in de linker travee. Dit laatste wordt op de bel-etage gemarkeerd door een driezijdige houten erker met pilasters, een entablement en borstwering verrijkt door diamantkoppen, meanders en wortelmotieven, rustend op voluutconsoles en bekroond door een gebuikte, gietijzeren balkonborstwering. De begane grond onderscheidt zich door een rechthoekig drielicht met bewerkte Toscaanse kolommen, de tweede verdieping door twee rondboogvensters met imposten, geprofileerde booglijsten en sluitstenen, gevat tussen ingediepte, composiete pilasters. Verder rechthoekige deur- en vensteropeningen in de rechter travee, op de bel-etage met een geriemde omlijsting en entablement, op de tweede verdieping met een onderdorpel. Een klassiek hoofdgestel vormt de gevelbeëindiging, samengesteld uit een gelede architraaf, een casementenfries en een gekorniste houten kroonlijst op klossen. Het houten schrijnwerk van de inkomdeur en vensters is naar oorspronkelijk model vernieuwd.

De plattegrond beantwoordt aan de klassieke typologie van het burgerhuis dat uit een hoofdvolume en een smalle achterbouw in entresol bestaat, ontsloten door de zijdelings ingeplante inkom- en traphal. Een klassieke enfilade van salon, eetkamer en veranda met bovenlicht beslaat de begane grond.