De Moerstraat is een onverharde weg ten zuiden van de Put van Meetkerke die aantakt op de Biezenstraat en verder de polder in leidt. De weg heeft een onregelmatig tracé en is langs weerszijden beplant met populieren, onder andere van het type Marilandica. Parallel met de weg loopt het Nieuwleed en de weg kruist meermaals het Sint-Andrieszwin. Voorbij de administratieve grens tussen Zuienkerke en Jabbeke is het wegdek verhard en loopt de Moerstraat over in de Oosternieuwweg.

De Moerstraat is aangelegd op een dijkje en van op de weg zijn er open zichten op de komgronden van de Moere van Meetkerke. Op een figuratieve kaart uit 1754 wordt de Moerstraat aangeduid als 'Nieuwen heerweg'. De weg volgt voor een deel het tracé van het 'Moerdycxken', de aarden omringdijk die in de 17de eeuw werd opgeworpen in functie van de drooglegging van dit gebied. De Moerstraat vormt vandaag nog steeds de enige ontsluitingsweg van oost naar west voor de poldergronden van de Lage Moere.