Betonnen militaire constructie, gelegen in de tuin van de woning Plaanstraat 32.
Het betreft een Belgische bunker, opgetrokken als onderdeel van het Bruggenhoofd Gent. Deze verdedigingsstelling werd tussen 1934 en 1938 aangelegd op acht kilometer ten zuiden van Gent ter verdediging van het nationaal reduit. De aanleg hiervan kaderde in de fortificatiepolitiek die België na de Eerste Wereldoorlog voerde.
Het eigenlijke bruggenhoofd was opgebouwd uit twee weerstandsnesten – Betsberg en Muntekouter – en drie steunpunten – Semmerzake, Eke en Astene. De weerstandsnesten en steunpunten waren met elkaar verbonden via een courtine, bestaande uit drie verdedigingslijnen.
Deze bunker maakte deel uit van de tweede verdedigingslijn van het bruggenhoofd die hier achter het steunpunt Eke liep. De bunker bestond uit een toegangssas en twee bunkerruimtes elk met een schietopening voor mitrailleurs aan zuidzuidoostelijke zijde. Een oreillon (uitstekende muur) aan de zuidelijke hoek beschermde deze schietopeningen.
De bunker was opgetrokken aan de zuidwestelijke hoek van de boomgaard bij een nu verdwenen gesloten hoeve en was gecamoufleerd als een hoevegebouwtje. De afgeronde betonnen hoeken van de bunker werden achter rechte bakstenen hoeken verborgen, terwijl de muren rondom met een gecementeerde laag met het motief van kleine bakstenen werden afgewerkt. Deze muren zijn wellicht in roze camouflageverf geschilderd, conform de sporen. Op de bunker werd een zadeldak uit blauwe pannen opgetrokken, terwijl er een plat dakje op het toegangssas was aangebracht, met geprofileerde kroonlijst. De schietopeningen zaten verborgen achter zogenaamde ramen, die op houten luiken waren gekleefd. Eén boom diende bewaard te blijven, eveneens ter camouflage.
Op bevel van de Duitse bezetter werden ijzeren onderdelen in 1941 verwijderd en werden bunkeropeningen in 1944 dichtgemetseld. De toegang tot de bunker is terug opengemaakt.
- JANSSEN E. 2007: Bruggenhoofd Gent, België onder de wapens 26, Erpe.