Eertijds omwalde hoeve zogenaamd "'t Kasteeltje", vermoedelijk ten gevolge het uitzicht van het boerenhuis, alsook door het feit dat ze oorspronkelijk als buitengoed fungeerde. Tijdens de Eerste Wereldoorlog door de Engelsen als lazaret ingericht. Bovenverdieping rechts deels beschadigd door mijnontploffing in april 1918, waarna gereconstrueerd naar ontwerp van architect C. Schmidt (Poperinge) van 1921.
Losse opstelling van verankerde, rood bakstenen gebouwen onder zadeldak (mechanische pannen), rond een gekasseid erf; centrale, erfoprit met grind (huis), aan de straat gemarkeerd door een bakstenen hekpijler met bolbekroning links, door kapel rechts. Vaalt ten westen. Resten van voormalige wal en boomgaard, respectievelijk ten zuidoosten en ten oosten. Ten noordwesten, boerenhuis bestaande uit hoofdgebouw van vijf traveeën (dubbelhuis) en twee bouwlagen, geflankeerd door lagere zijvleugels van twee traveeën en anderhalve bouwlaag. Gecementeerde, witbeschilderde pilastergevel op een met schijnvoegen gecementeerde plint, van het vierde kwart van de 19de eeuw. Aflijnende houten gootlijst op klossen. Gemarkeerde pui- en kroonlijst en licht verhoogde begane grond bij het hoofdgebouw. Rechthoekige muuropeningen: vensters met grote roedeverdeling, op arduinen lekdrempel; beluikt op de begane grond; deur met bovenlicht, gevat tussen vermelde pilasters; arduinen aantrede. Analoge muuropeningen in zijvleugels, de rechter deels aangepast, de linker fungerend als stal, zie staldeur. Analoge gecementeerde achtergevel, evenwel soberder uitgewerkt zie de afwezigheid van pilasters. Onder meer blinde vensters en deur met verdeeld bovenlicht, aan binnenzijde voorzien van diefijzers. Linker zijvleugel gestut door steunberen.
Ten zuidwesten, voormalige varkensstal met wagenhuisgedeelte, thans nutsgebouwtje (nokrichting loodrecht op het huis) zonder verdere noemenswaardigheid. Ten noordoosten, voormalig bakhuis-ast en dwarsschuur, thans stal en bakhuis (nokrichting loodrecht op het huis), onder onderbroken bedaking uit het eerste kwart van de 20ste eeuw; links aanleunende recente loods.
- Algemeen Rijksarchief, Dienst der Verwoeste Gewesten, 4161.
- DUFLOU R., Geschiedenis van Vlamertinge, Langemark, 1956, p. 144.