erfgoedobject

Duits-Australische bunker

bouwkundig element
ID
308430
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/308430

Juridische gevolgen

  • is deel van de aanduiding als vastgesteld bouwkundig erfgoed Gedenksite Hill 60
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • is deel van de aanduiding als beschermd monument Gedenksite Hill 60
    Deze bescherming is geldig sinds

Beschrijving

De heuvel die sinds de Eerste Wereldoorlog algemeen bekend geworden is als Hill 60 (60 verwijst naar de hoogtelijn) ontstond tijdens de graafwerkzaamheden voor de aanleg van de spoorlijn Ieper-Komen. Hill 60 was aan het begin van de oorlog strategisch eigenlijk niet zo belangrijk, totdat bleek dat de heuvel een ideale uitkijkpost vormde voor de Duitsers, vanwaar ze de Britse stellingen richting Ieper konden observeren. Vandaar dat er tijdens de volgende oorlogsjaren zwaar gevochten werd om deze heuvel.

De heuvel werd op 10 december 1914 door de Duitse 39ste divisie veroverd op het Franse XVIème Corps d’Armée. Op 17 april 1915 veroverde de Britse 5th Division de heuvel, nadat ze vijf ondergrondse mijnen onder de Duitse stellingen tot ontploffing gebracht hadden. Nauwelijks drie weken later, op 5 mei 1915, heroverde het Duitse XV Korps de Britse stellingen, waarbij gifgas werd gebruikt (een eerdere Duitse gasaanval op 1 mei was mislukt). De heuvel zou in Duitse handen blijven tot juni 1917. De Duitsers bouwden er stellingen en versterkingen uit, terwijl de ondergrondse oorlogsvoering onverminderd doorging. Na de Mijnenslag (7 juni 1917), met de ontploffing van twee mijnen onder Hill 60 en de Caterpillar, kwam de heuvel opnieuw in geallieerde handen. Eind april 1918 wisselde de heuvel opnieuw van bezetter (Duitse Lente-Offensief). Ten slotte zou Hill 60 op 28 september 1918 definitief veroverd worden door de 35th Division, met de hulp van de 14th Division aan haar rechterflank.

Het eerste nagenoeg ondergrondse deel van deze constructie was in feite een schuilplaats die Duitse genietroepen hadden geconstrueerd ter bescherming tegen het geallieerde artillerievuur. Na de Mijnenslag van 7 juni 1917 wisselde de heuvel van bezetter en werden de bestaande Duitse betonnen constructies die nog bruikbaar waren, door de Britten ingepalmd en eventueel aangepast.

In januari en februari 1918 werd Hill 60 bezet door de 4th Australian Division. De 4th Field Company Australian Engineers, onder leiding van Major J.H. Jolly, construeerde het tweede gedeelte bovenop de bestaande Duitse schuilplaats. Van hieruit konden ze de vijand beloeren en desnoods met mitrailleurs beschieten. Ten gevolge van het Duitse Lente-Offensief zouden de geallieerden Hill 60 opnieuw moeten prijsgeven.

Van de constructie is een profieltekening bewaard gebleven, gemaakt door de 4th Field Company Australian Engineers, waarop duidelijk te zien is hoe de Australische constructie op de Duitse schuilplaats gebouwd moest worden.

De constructie zou volgens omwonenden tijdens de Tweede Wereldoorlog opnieuw gebruikt zijn en zou toen zelfs voltreffers te verwerken gekregen hebben.

Kenmerken

Tweeledige betonnen constructie. Het eerste gedeelte, een rechthoekige constructie van circa lente 500 x breedte 430cm, steekt ongeveer nog 75cm boven de grond. Het beton is gemaakt met fijne kiezels en tegen een houten bekisting gegoten. Dit gedeelte zou binnenin uit één ruimte bestaan. Het tweede gedeelte is deels op het eerste deel gebouwd en is aan de zuidoostelijke kant afgerond. Deze constructie is circa lengte 460 x breedte 430 en steekt minimum nog 250cm boven het grondoppervlak uit. Het beton is samengesteld met grove kiezels en is bewapend met ronde ijzers. Door allerhande inslagen op de muren en het dak is deze bewapening her en der goed zichtbaar. In het dak is een ronde opening (vermoedelijk voor ventilatie) zichtbaar. Het beton is aan de buitenkant gegoten tegen verticale golfplaten, met fijne, ondiepe golving (de afdrukken hiervan zijn nog goed te zien). In het afgerond gedeelte aan de zuidoostelijke kant steken twee openingen, die naar buiten toe verbreden tot circa 2 meter. In deze openingen, die circa 30cm hoog en meer dan 1m diep zijn, zijn uitsparingen voor een houten bekleding en houtrestanten aanwezig. Via deze openingen is te zien hoe het plafond van de constructie binnenin verstevigd is met stalen profielen en hoe de muren binnenin eveneens gegoten zijn tegen golfplaten met fijne, ondiepe golving. Aan de zuidwestelijke kant is een opening (breedte 70 x diepte 120cm) om de constructie te betreden, die nu nog circa 30cm boven de grond uitsteekt.

  • CAVE N., LAMPAERT R. (vertaling) 1999: Hill 60 (Slagveld België 2), Erpe.
  • COOMBS R. 2001: Before endeavour fades. A guide to the battlefields of the First World War, London.
  • OLDHAM P. 1995: Pill-boxes on the Western Front. A guide to the design, construction and use of concrete pill boxes 1914-1918, London.

Bron: WOI Relict (1388): Duits-Australische schuilplaats-bunker Hill 60 (Zillebeke - WOI)
Auteurs: Decoodt, Hannelore
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Is deel van
    Gedenksite Hill 60


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Duits-Australische bunker [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/308430 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.