Hoeve aangeduid op de Ferrariskaart (1770-1778) en de Atlas der Buurtwegen (1843) met grosso modo dezelfde opstelling. Losse, lage bestanddelen van verankerde, rode baksteen L-vormig gegroepeerd rond een begrint erf met voorliggende boomgaard. Ten zuiden hek tussen pijlers en meidoornhaag. Ten noorden, boerenhuis, gedateerd 1866 in linker zijgevel; zeven traveeën onder geknikt zadeldak (mechanische en Vlaamse pannen) met drie dakkapellen met l.aanpalende garage onder lessenaarsdak. Gele baksteen voor onder meer omlijstingen van muuropeningen, waterlijst en hoekketting. Beluikte rechthoekige vensters met afgeronde bovenhoeken, houten schuiframen en nieuwe deur. Ten westen, stalvleugel van dertien traveeën onder overkragend pannen zadeldak. Achter de stal ruïne van mestvaalt, voorheen vermoedelijk overdekt, zie betonpalen. Ten oosten van woonhuis recente stal zonder noemenswaardigheden. In de zuidoostelijke hoek kapel gewijd aan Onze-Lieve-Vrouw van Beauraing.