Voormalige stoomzagerij, op 15 februari 1920 opgericht door Peter en Arnold Snellings, Gerard Buckinx, Christiaan Vanvinckenroye en Richard Willems. Met uitzondering van Gerard Buckinx woonden alle stichters in de Herenstraat, nabij de stoomzagerij.
In 1925 overleed Christiaan Vanvinckenroye. Vanaf 1957 was Peter Snellings, na het overlijden van Richard Willems, enige eigenaar en beheerder van de zagerij. Na zijn dood werd de vennootschap door zijn erfgenamen op 17 december 1963 opgeheven. De site was eigendom van Ridder Charles de Schaetzen, die deze telkens voor een periode van negen achtereenvolgende jaren verhuurde. Tot de ontbinding was de stoomzagerij van groot sociaaleconomisch belang voor Sint-Huibrechts-Hern: talrijke inwoners waren er tewerkgesteld.
Nabij de zagerij bevond zich een halte en een stelplaats van de stoomtram tussen Kortessem en Tongeren. De stoomtram werd voor een deel van de houtleveringen gebruikt.
Het hoofdgebouw van de vroegere zagerij staat op een ruim hoekperceel tussen de Herenstraat en de Tramstraat, met de voorgevel naar de Herenstraat. Achter het huis, op de plaats van de vroegere zagerijgebouwen, staan recente lage bijgebouwen en garages.
Het pand is anderhalve bouwlaag hoog, drie traveeën breed en twee traveeën diep. De twee noordoostelijke traveeën springen aan de voor- en achterzijde uit de gevel uit. Zowel de voor- als de achterzijde wordt gekenmerkt door een enkelhuisopstand met puntgevel onder pannen zadeldak. De zuidwestelijke travee is lager en minder diep en heeft een haaks aansluitend pannen zadeldak. De daken werden recent vernieuwd.
De gevels zijn opgetrokken in bruinrood baksteenmetselwerk in kruisverband op een breukstenen sokkel. Voor hoekkettingen en horizontale gevelbanden in het gelijkvloerse deel van voor- en achtergevel werd lichtbeige kalksteen toegepast. De dorpels, de bovenlijst en de hoekkettingen van de sokkel en de latei en tussendorpel van de voordeur bestaan uit blauwe hardsteen. De puntgevels en het bovenste deel van de rechterzijgevel zijn voorzien van bruin geschilderd pseudovakwerk, de houten omlijstingen van de vensters werden in het pseudovakwerk geïntegreerd. In de achtergevel lijkt het metselwerk van de geveltop recent vernieuwd.
De voorgevel heeft in de centrale travee een rechthoekige voordeur met hardstenen tussendorpel en bovenlicht, rechts een brede en links een kleinere rechthoekige vensteropening. Beide vensteropeningen liepen vroeger hoger op maar werden gedeeltelijk dichtgemetst. De linkertravee heeft in de sokkel en rechthoekig keldervenster met hardstenen omlijsting. In de puntgevel zijn links een smalle vensteropening, rechts een drielicht en in de top een kleine vierkante vensteropening aanwezig.
De rechterzijgevel heeft twee rechthoekige vensteropeningen boven de sokkel. Twee verticale, uit de gevellijn uitspringende rookkanalen liepen oorspronkelijk boven het dakvlak door in schoorstenen. Anno 2023 is hiervan enkel de voorste nog bewaard, deze bewaart nog een gekruld sieranker.
De achtergevel heeft op het gelijkvloers licht getoogde gevelopeningen: in de centrale travee een met enkele treden verhoogde deuropening en in de linker- en rechtertravee telkens een vensteropening. In de sokkel van de rechtertravee bevindt zich een rechthoekig keldervenster met hardstenen omlijsting. Ter hoogte van de verdieping zijn in de puntgevel twee rechthoekige tweelichten aanwezig.
De linkerzijgevel is tussen gelijkvloers en verdieping verankerd met vier platte muurankers met gekrulde uiteinden. Op hetzelfde niveau bevindt zich als enige gevelopening een rondboogvenster met bakstenen boog. Aan de binnenzijde bevindt zich hier vermoedelijk de trap van het gelijkvloers naar de verdieping.
Het buitenschrijnwerk bestaat uit wit pvc en dateert uit een recente fase.
Op een ongedateerde zwart-witfoto ziet men het anno 2023 bewaarde hoofdgebouw en de achtergelegen gebouwen van de zagerij. Van de achtergelegen gebouwen is een breed eenlaags gebouw in baksteenmetselwerk onder pannen zadeldak herkenbaar, dat in de voorgevel drie deuropeningen en ter hoogte van de zolder een groot rondboogvormig laadvenster had. Hiervoor stond een hoge bakstenen schoorsteen. Rechts van dit gebouw waren meerdere bijgebouwen aanwezig waarvan het voorste een provisorisch gebouw lijkt. Mogelijk werden hierin de gezaagde houten planken gedroogd.
Het hoofdgebouw aan de straatzijde had in deze fase nog een ver overstekende wit geschilderde dakrand met sobere windvaan en decoratief houtwerk. Beide uiteinden van de nok werden bekroond door een piron. De vakken van het anno 2023 bewaarde pseudovakwerk waren oorspronkelijk bepleisterd en wit geschilderd. De gelijkvloerse vensters waren hoger en hadden bakstenen ontlastingsbogen. Het rechtervenster in de voorgevel was voorzien van een zesdelig stenen kruiskozijn, het linkervenster van een houten kruiskozijn. De vensters in de rechterzijgevel hadden houten kloosterkozijnen. Het buitenschrijnwerk van de vensters was voorzien van een roedenverdeling.
Auteurs: Fexer, Charlotte
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Gemeente Hoeselt
Is deel van
Herenstraat
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Stoomzagerij [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/308591 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Gemeente Hoeselt
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.
In de eerste week van januari voeren we aanpassingen door voor de gemeentefusies van 1 januari 2025. De toepassing kan tijdelijk offline zijn of onvolledige zoekresultaten tonen. Vanaf maandag 6 januari is alles weer volledig beschikbaar.