Breedhuis van drie traveeën + een achteruitspringende travee en één bouwlaag onder geknikt zadeldak met Vlaamse pannen, uit de eerste helft van de 19de eeuw. Witbeschilderde verankerde baksteenbouw op recentere gecementeerde plint met schijnvoegen. Rechthoekige ramen en deur met verdiepte kozijnconstructie in getoogde omlijsting; jongere vensteronderdorpels van arduin. Links, twee houten kruiskozijnen met geprofileerde tussendorpel en roedeverdeling; schuiframen; rolluikkasten vervangen de oorspronkelijke luiken en verbergen tevens de omlijsting. Houten kozijndeur met vierdelig bovenlicht. Rechts, jonger kruiskozijn met vouwluiken. Geprofileerde houten gootlijst.

Opgetekend in november 1982, sindsdien met nieuw bakstenen gevelparement en dakkapel.