Hoeve met losse bestanddelen willekeurig opgesteld rondom een met gras begroeid erf, toegankelijk via een geasfalteerde erfoprit. Bakstenen stoepen, armpomp tegen de erfgevel. Ten noorden bevinden zich een drenkplaats en mestvaalt met bakstenen wanden. Ten noordoosten staat een rij populieren. Ten zuidoosten ligt de rest van een boomgaard.
Ten zuiden van het erf: boerenhuis van vijf traveeën en een opkamertravee rechts en één bouwlaag onder overstekend zadeldak (Vlaamse pannen) op houten modillons. Gedateerd 1803 door middel van gele baksteen opgenomen in het metselverband van de linker zijgevel. Witgekalkte baksteenbouw op een gepikte plint. Twee getoogde kelderopeningen. Getoogde muuropeningen. Beluikte vensters met geprofileerde tussendorpel. Analoge achtergevel. Beluikte, getraliede kloosterkozijnen. Kozijndeur met bovenlicht met kleine roedeverdeling. Afdak ter hoogte van de deurtravee.
Aanbouwsels onder aanleunend lessenaarsdak tegen de linker en rechter zijgevel.
Haaks tegen de voorgevel van het boerenhuis: aanleunend stalletje onder een zadeldak (Vlaamse pannen) met overstekende dakrand op houten modillons, uit het eerste kwart van de 19de eeuw. Witgekalkte baksteenbouw op een gepikte plint.
Ten zuiden achter het boerenhuis: bakhuisje met aanleunende ast onder een overstekend zadeldak (nokrichting parallel aan het huis, Vlaamse pannen), uit het laatste kwart van de 19de eeuw. Rode baksteenbouw.
Ten oosten: stalgebouw uit het eerste kwart van de 20ste eeuw.
Overige hoevegebouwen zonder noemenswaardigheden.