Zogenaamde 'Proosdij de Beauregard' die teruggaat op de proosdij van de Sint-Augustinusabdij te Terwaan; deze proosdij stond onder meer in voor het beheer van goederen, door Willem de Bethune, heer van Roesbrugge, in 1220 geschonken aan de voormelde abdij. Tijdens de Frans-Bourgondische oorlogen (1461-1483) en na de verwoesting van Terwaan in 1553, vestigden de paters van Terwaan zich tijdelijk in de proosdij. Tijdens de Franse Revolutie werd de proosdij, met de heden verdwenen kapel, aangeslagen en verkocht.
Oorspronkelijk omwalde hoeve met losse, bakstenen bestanddelen onder zadeldaken met willekeurige opstelling rond een deels met gras begroeid, deels geasfalteerd erf met bakstenen stoepen. Ten zuiden, met wilgen afgezoomde rest van omwalling. Ten noorden, achter het boerenhuis, bevindt zich een laag ommuurde mestvaalt.
Ten zuiden van het erf: boerenhuis van het langgestrekte type: vier staltraveeën links + woongedeelte van vijf traveeën en twee opkamertraveeën rechts onder een overstekend zadeldak, hoger opgetrokken bij de opkamer; hanggoot; laadzolder. Het huis heeft een 19de-eeuws uitzicht, echter met een oudere 18de-eeuwse kern. Rode baksteenbouw op een gecementeerde plint. Rechthoekige kelderopening onder de opkamer. Beluikte rechthoekige houten kozijnen. Rechthoekige kozijndeur.
Ten noorden van het boerenhuis: bakstenen stalgebouw onder een licht gebogen, overstekend zadeldak (nokrichting parallel aan het huis, golfplaten). Gecementeerde plint. De linker zijgevel heeft een radvormig uilengat.
Overige stalgebouwen in een soortgelijke bouwtrant.
Ten zuiden van het boerenhuis: bakhuis onder een mank zadeldak (nokrichting loodrecht op het huis). Witgekalkte baksteenbouw.
- DE SCHREVEL A. 1973: De proostdij, Beauregard aan de Waaienburg, De IJzerbode III, 5.